Examples of using "Reflete" in a sentence and their dutch translations:
Een spiegel reflecteert licht.
Water reflecteert licht.
De spiegel reflecteert het licht.
De zon weerkaatst in het heldere water van de rivier.
En een veranderde maatschappij reflecteert een veranderde persoonlijke identiteit
Het stille water van het meertje weerspiegelde de besneeuwde bergtoppen.