Examples of using "Crescer" in a sentence and their dutch translations:
Als ik later groot ben, wil ik koning worden.
Ze blijven groeien.
Hoorns op hun kop krijgen.
Als ik later groot ben, wil ik koning worden.
Tussen beiden begon de liefde te groeien.
Als ik later groot ben, wil ik koning worden.
- Wat wilt ge worden als ge groot zijt?
- Wat wil je worden als je groot bent?
Er groeien wingerds overheen.
Je staat er versteld van waar het groeit.
En je hebt een jong, opgroeiend kind.
Als ik later groot ben, wil ik koning worden.
De zaden hebben lucht en water nodig om te groeien.
Als ik later groot ben, word ik piloot. En wat wil jij worden?
Uiteindelijk, zo'n 100 dagen later, was die arm weer aangegroeid.
Wat wil je worden als je groot bent?