Examples of using "Aconteceu" in a sentence and their dutch translations:
Er is iets gebeurd.
Er is iets gebeurd.
Het gebeurde.
Hoe is dat gebeurd?
- Niets gebeurd.
- Er is niks gebeurd.
Het is nooit gebeurd.
Waar is het gebeurd?
Wanneer is het gebeurd?
Het gebeurde precies zo.
- De ontmoeting had gisteren plaats.
- De vergadering was gisteren.
- De vergadering had gisteren plaats.
Wanneer gaat het open?
- Waarom is dit gebeurd?
- Waarom gebeurde dit?
Dit is toevallig gebeurd.
Het gebeurde precies zo.
Wat is er met jou gebeurd?
Dit is nooit gebeurd.
Dat is nooit gebeurd.
Is er iets gebeurd?
- Het is op deze plek gebeurd.
- Het heeft hier plaatsgevonden.
- Wat gebeurde er daarna?
- Wat is er daarna gebeurd?
- Wanneer gebeurde dit?
- Wanneer is dit gebeurd?
Wat is er gebeurd?
Wanneer is dit gebeurd?
Hoe gebeurt zoiets?
Is dat pas gebeurd?
Weet jij wat er is gebeurd?
- Wat is er met jou gebeurd?
- Wat is er met je gebeurd?
Het is maar één keer gebeurd.
Wat is er gebeurd?
- Wat is er met jou gebeurd?
- Wat is er met jullie gebeurd?
- Wat is er met u gebeurd?
- Wat is er met je gebeurd?
Ze weten wat er gebeurd is.
Vertel me wat er is gebeurd.
- Wat is er eigenlijk gebeurd?
- Wat gebeurde er eigenlijk?
Hé, wat is er gebeurd?
Waar is het ongeluk gebeurd?
- Wat gebeurde er daarna?
- Wat is er daarna gebeurd?
Kijk eens wat er gebeurd is.
- Waarom is dit gebeurd?
- Waarom gebeurde dit?
Dat gebeurde decennia geleden.
Wat is er het eerst gebeurd?
Het is maar één keer gebeurd.
Het gebeurde lang geleden.
- Wat is er met jou gebeurd?
- Wat is er met jullie gebeurd?
- Wat is er met u gebeurd?
- Wat is er met je gebeurd?
Wanneer heeft de episode plaatsgevonden?
Ik was heel jong toen dat gebeurde.
Het ongeluk vond op vrijdag plaats.
Wat is er afgelopen nacht gebeurd?
Wat is er met jullie gebeurd?
Wat is er met jou gebeurd?
Het is te lang geleden.
Ik weet wat er gebeurd is.
Er is tussen ons niets gebeurd.
Dit gebeurde drie jaar geleden.
Het gebeurde op halloweenavond.
Raad eens wat er met me gebeurd is.
- Dit is voor een reden gebeurd.
- Dit is niet zomaar gebeurd.
Wat is er met hem gebeurd?
Ik vraag me af wat er gebeurd is.
Dat is drie dagen geleden gebeurd.
Wat is er met Tom gebeurd?
Intussen is er veel gebeurd.
Wat is hier precies gebeurd?
Ik wil alleen weten wat er gebeurd is.
Maar dat is niet wat er gebeurde.
Wat is er van je hond geworden?
Het incident deed zich voor om middernacht.
Ik weet precies wanneer dat gebeurd is.
Wat is er met mij gebeurd? Ben ik ziek?
Ik ben al vergeten wat er gebeurd is.
Het ongeluk is twee uur geleden gebeurd.
Wat daarna volgde was onaangenaam.
Wat is hier gebeurd?
Tom zag precies wat er gebeurde.
Ik zweer dat niets is gebeurd.
- Het is daar dat het ongeluk gebeurde.
- Hier is het ongeluk gebeurd.
- Wat is er gebeurd?
- Wat is er?
Tom vertelde de politie wat er gebeurd was.
Dit is de eerste keer dat het is gebeurd.
Ik moet Tom vertellen over wat er gebeurd is.
Wat is hier gebeurd?
Wat is er van haar zoon geworden?
Ik vraag mij af of er iets met hem gebeurd is.
Zeg niets over wat er hier gebeurd is.
Ik vertelde aan Tom wat er gebeurd was.
Laten we vergeten wat er afgelopen nacht gebeurd is.
Ik wil je vertellen wat er gebeurd is.
Het gebeurde tussen acht en tien uur.