Examples of using "Strada" in a sentence and their dutch translations:
- Ga voorop.
- Wijs de weg.
Steek de straat over.
Kent ge de weg?
Hij stak de straat over.
- U bent op de goede weg.
- Je zit op de goede weg.
- Jullie zitten op de juiste weg.
- U bent op het juiste spoor.
- Je bent goed bezig.
- Je stak de straat over.
- Jullie staken de straat over.
Kan je me de weg wijzen?
- Nu kan je oversteken.
- Nu kunnen jullie oversteken.
Tom weet de weg.
Tom stak de straat over.
- Ze ging de straat over.
- Ze is de straat overgestoken.
Hij is op de goede weg.
Je ziet een weg.
In welke straat?
Laten we de straat oversteken.
Steek de straat over.
Ik zag hem de straat oversteken.
Neem de straat links.
De weg loopt parallel aan de rivier.
Ze woont verderop in de straat.
- Ik kom eraan.
- Ik ben onderweg.
Hij is gezien bij het oversteken van de weg.
Ze was bang om de straat over te steken.
Wat een lawaai toch op die straat!
De weg is lang.
Ik zal u de weg tonen.
Tom stak de straat over.
De weg was ijzig.
Deze weg is vreselijk.
- Welke straat heb je gevolgd?
- Welke straat heeft u gevolgd?
De straat was donker.
Tom woont aan de overkant.
De stad wil de weg verlengen.
Pas op voor auto's als je de straat oversteekt.
Dus we gaan een andere weg naar beneden zoeken.
Je kunt de weg beneden zien.
Ze zal haar weg vinden,
...dringt naar voren...
We moeten een hele afstand overbruggen.
Een kat rende de straat over.
De straat volgt de loop van de rivier.
Tom stak de straat over.
De derde straat rechts.
Hoe heet deze straat?
Er is niemand op straat.
Op welke straat mag ik beginnen?
Ik zag haar de straat oversteken.
- Ga aan het einde van die straat naar rechts.
- Sla rechtsaf aan het einde van die straat.
De straat is nu sneeuwvrij.
- Ze hielp een oude man oversteken.
- Ze hielp de oude man met het oversteken.
De weg is te smal voor auto's.
We konden niemand zien op straat.
Jij kiest de route, zaaggras of moeras?
Het is ver naar beneden. Daar is ze.
Ja, een weg. Dat betekent beschaving.
Stekende zeeanemonen staan in zijn weg.
Maar vandaag wordt hun weg geblokkeerd.
Sommige nemen een directere route.
Maar het ligt aan de andere kant van de weg.
Dat is nog vrij ver.
Maar we hebben nog een lange weg te gaan.
Ik heb haar per ongeluk op straat ontmoet.
Deze weg leidt naar Hong Kong.
De weg loopt evenwijdig met de rivier.
Een omgevallen boom versperde de straat.
Deze weg is niet heel veilig.
- Laat me de weg naar de bushalte zien.
- Toon me de weg naar de bushalte.
Het is heel aardig van hem om mij de weg te wijzen.
Terug naar de optie 'najagen'. We proberen hem af te snijden.
Vooral in lang gras. Ze zijn er bijna.
De hoofdweg. Richting het centrum.
Kunt u me de weg naar het station wijzen?
De weg loopt van Tokio tot Osaka.
De winkel is aan de overkant van de straat.
Alle wegen leiden naar het einde van de wereld.
Het leven is een lange, lange weg.
De kerk bevindt zich aan de andere kant van de straat.
Zij hebben de auto in deze straat achtergelaten.