Examples of using "Várj" in a sentence and their dutch translations:
- Wacht even.
- Wacht eens.
Wacht eens heel even.
Wacht op ons.
Wacht niet.
Wacht eventjes.
Wacht tot het donker is.
Hé, wacht even!
Wacht op mij.
- Wacht op mij.
- Wacht op mij!
Wacht daar op mij.
Wacht tot morgenochtend.
Wacht hier.
Wacht eventjes.
- Wacht op je beurt.
- Wacht op uw beurt.
- Wacht een ogenblik.
- Wacht eens heel even.
- Wacht eens even.
- Een ogenblikje.
- Wacht even.
Wacht in de wachtkamer.
Wacht even!
Wacht hier.
- Wacht alstublieft tot ik terugkom.
- Wacht alsjeblieft tot ik terugkom.
Wacht tot ik tot tien tel.
Wacht alsjeblieft, totdat hij komt.
Wacht tot zes uur.
Hij wil dat je hier blijft.
Wacht buiten.
Wacht tot het stoplicht groen is.
- Wacht even!
- Wacht!
- Wacht alstublieft tot ik terugkom.
- Wacht alsjeblieft tot ik terugkom.
Verwacht geen genade.
Even geduld alsjeblieft.
Wacht tot zes uur.
Gelieve alstublieft dertig minuten te wachten.
- Wacht eventjes.
- Wacht een beetje.
- Wacht een minuut.
- Een moment!
- Een minuut.
Blijf hier en wacht op hem.