Examples of using "Nyelveket" in a sentence and their dutch translations:
- Ik vind het leuk om talen te leren.
- Ik vind talen leren leuk.
- Ik hou van talen leren.
- Ik hou van talen.
- Ik hou van talen!
Ik hou van talen leren.
- Welke talen spreekt men in Amerika?
- Welke talen worden er gesproken in Amerika?
Ik hou van vreemde talen.
Ik hou van vreemde talen.
Ik leer graag oude talen.
- Welke talen spreek je?
- Welke talen spreekt u?
- Welke talen spreken jullie?
Ik vind vreemde talen erg interessant.
Wie geen vreemde talen kent weet niets van zijn eigen taal.
„Welke talen ken jij, Tom?” – „C++ en Java, bovendien ook een beetje PHP. En jij, Maria?” – „Frans, Japans en Hebreeuws.”