Examples of using "Szívesen" in a sentence and their dutch translations:
- Graag gedaan.
- Tot uw dienst.
- Niets te danken!
Graag gedaan.
Ik drink graag wijn.
Ik zou graag tennis spelen.
Ik dans graag.
- Graag gedaan.
- Tot uw dienst.
- Geen dank.
Zeker. Hoe veel?
Wij helpen graag.
Ik eet niet graag alleen.
Ik zou haar heel graag willen opereren.
Hij leest graag kranten.
- Ik vind het leuk om talen te leren.
- Ik vind talen leren leuk.
- Ik hou van talen leren.
Ik lees graag boeken.
Ik zou graag met u ontbijten.
- Maria houdt van feesten.
- Maria viert graag.
Ik zou graag naar Australië verhuizen.
Ik zou graag met Johano spreken.
Hij zingt graag.
Ik zal jouw uitnodiging graag aannemen.
Ik zou hem graag een cadeau voor zijn verjaardag willen geven.
Hij houdt van vlees.
Ik heb zin om in de regen te zingen.
Ik zou graag met haar naar de bioscoop gaan.
Ik zou graag mijn boeken verkopen.
Ik lees heel graag boeken.
Ik lees graag Amerikaanse romans.
- Hou je van dansen?
- Houdt u van dansen?
- Houden jullie van dansen?
- Wat is je favoriete ontbijt?
- Wat eet je het liefst voor je ontbijt?
- Graag gedaan.
- Tot uw dienst.
Ik leer graag oude talen.
Ik versier graag mijn kamer met bloemen.
- "Bedankt." "Graag gedaan."
- "Dank u." "Geen dank."
- "Dank je." "Graag gedaan."
Ik zal jouw uitnodiging graag aannemen.
Europeanen drinken graag wijn.
Ik zou haar graag terugzien.
Van welke muziek houdt u?
"Dank u wel voor de hulp." "Graag gedaan."
Uw eerbiedwaardige broeder is welkom!
Ik vind het leuk om met de trein te gaan.
Ik ben graag alleen.
De kat speelt graag in de tuin.
Ik zou hem niet willen ontmoeten in een donkere plaats.
Ik ski graag.
Ik lees heel graag boeken.
Ik zou het je graag willen uitleggen, maar ik begrijp het zelf niet.
Ik hou van vissen in de rivier.
Ik zou graag aanwezig zijn op het feest de eerste november.
Ik hou van rijst met bonen.
Ik dacht dat je graag nieuwe dingen zou leren.
Tieners zijn impulsief en ze proberen graag nieuwe dingen uit.
- Ik zou graag deze stad verlaten en nooit meer terugkeren.
- Ik zou graag deze stad verlaten en nooit terugkeren.
Ik wil in een kasteel wonen.
Mijn vader reist graag met het vliegtuig.
Mijn hond vindt het leuk om in de sneeuw te dollen.
Ik zou graag met je mee willen gaan, maar ik ben platzak.
De kat van de buurman houdt van onze tuin.