1. Home
  2. Translation in context
  3. German-Dutch
  4. Wertlos

Translation of "Wertlos" in Dutch

0.006 sec.

Examples of using "Wertlos" in a sentence and their dutch translations:

- Du bist wertlos.
- Ihr seid wertlos.

Jullie zijn waardeloos.

Ihr seid wertlos.

Jullie zijn waardeloos.

Diese Maschine ist wertlos.

Deze machine is waardeloos.

- Solche Bücher sind fast wertlos.
- Diese Art von Büchern ist beinahe wertlos.

Zulke boeken zijn bijna waardeloos.

Solche Bücher sind fast wertlos.

Zulke boeken zijn bijna waardeloos.

Plötzlich fühlte sie sich winzig, wertlos und elend.

Plotseling voelde ze zich zeer klein, waardeloos en ellendig.

- Diese Maschine ist keinen Pfifferling wert.
- Diese Maschine ist wertlos.

Die machine is niets waard.

In Wirklichkeit sind Könige mächtig, aber beim Schach sind sie ziemlich wertlos.

In het echt zijn koningen machtig, maar met schaken zijn ze vrijwel nutteloos.