Examples of using "Stich" in a sentence and their dutch translations:
Ik laat niemand in de steek.
Laat me niet in de steek.
Mijn geheugen laat me in de steek.
- Stel me niet teleur!
- Stel me niet teleur.
- Ontgoochel me niet.
Mijn geheugen laat me vaak in de steek.
Hij was door zijn vrienden in de steek gelaten.
Ze heeft haar kinderen in de steek gelaten.
Ik wil je alleen laten weten dat ik je niet zal teleurstellen.
Een steek kan haar doden. Maar gelukkig hebben de bijen het te koud om aan te vallen.
Als je wordt gebeten heb je zo'n 60 minuten... ...voordat dit gif je luchtwegen begint af te sluiten.
- Er zijn dagen dat ik het gevoel heb dat mijn brein me in de steek wil laten.
- Op sommige dagen heb ik het gevoel dat mijn hersenen me in de steek willen laten.
- Ik zal u niet verlaten.
- Ik zal je niet verlaten.