Translation of "Niemanden" in Dutch

0.009 sec.

Examples of using "Niemanden" in a sentence and their dutch translations:

- Sie hat niemanden besucht.
- Sie besuchte niemanden.

Ze bezocht niemand.

- Ich habe niemanden gesehen.
- Ich sah niemanden.

Ik heb niemand gezien.

- Niemanden interessiert’s.
- Niemand kümmert sich darum.
- Interessiert niemanden.

Niemand geeft er iets om.

Ich brauche niemanden.

Ik heb niemand nodig.

Ich habe niemanden.

Ik heb niemand.

Ich traf niemanden.

Ik kwam niemand tegen.

Ich fürchte niemanden.

Ik ben voor niemand bang.

Ich sah niemanden.

Ik heb niemand gezien.

Ich kann niemanden sehen.

Ik kan niemand zien.

Krieg macht niemanden glücklich.

Niemand wordt gelukkig van oorlog.

Ich habe niemanden gesehen.

Ik heb niemand gezien.

Das Thema interessiert niemanden.

Het onderwerp boeit niemand.

Ich wollte niemanden beleidigen.

Ik wilde niemand beledigen.

Das wird niemanden interessieren.

Dat zal niemand interesseren.

Sie hat niemanden besucht.

Ze bezocht niemand.

Ich lasse niemanden im Stich.

Ik laat niemand in de steek.

Ich möchte heute niemanden sehen.

Vandaag wil ik niemand zien.

Nein, ich habe niemanden gesehen.

Nee, ik zag niemand.

Ich brauche niemanden außer dir.

Ik heb niemand nodig dan jou.

Die Zeit wartet auf niemanden.

De tijd vliegt en wacht op niemand.

Sie hat niemanden zum Reden.

Ze heeft niemand om mee te spreken.

Maria hat niemanden zum Reden.

Mary had niemand om tegen te praten.

Ich versuche, niemanden zu beeindrucken.

Ik probeer op niemand indruk te maken.

- Sie hat niemanden zum Reden.
- Sie hat niemanden, mit dem sie reden kann.

Ze heeft niemand om mee te spreken.

Ich kenne niemanden in dieser Stadt.

Ik ken niemand in deze stad.

Ich habe niemanden, der mir hilft.

Ik heb niemand die mij helpt.

Ich habe niemanden von ihnen erkannt.

Ik heb geen van hen herkend.

Ich kenne niemanden hier in der Stadt.

Ik ken niemand hier in die stad.

Wir konnten niemanden auf der Straße sehen.

We konden niemand zien op straat.

- Ich sah niemanden.
- Ich hab keinen gesehen.

Ik heb niemand gezien.

Bis auf Tom kannte ich niemanden dort.

Naast Tom kende ik daar niemand.

Abgesehen von Tom kenne ich hier niemanden.

Naast Tom kende ik daar niemand.

Ich kenne niemanden, dem diese Filme gefallen.

Ik ken niemand die deze films leuk vindt.

Tom lässt bei sich niemanden ins Haus.

Tom laat mensen niet binnen in zijn huis.

Er ließ niemanden sich in seine Privatangelegenheiten einmischen.

Hij liet niemand zich met zijn privézaken bemoeien.

Ich habe niemanden, der mit mir reisen würde.

- Er is niemand die met mij mee wil.
- Ik heb niemand die met mij zou reizen.

- Ich fürchte niemanden.
- Ich habe vor niemandem Angst.

Ik ben voor niemand bang.

- Ich kenne hier niemanden.
- Ich kenne hier keinen.

Hier ken ik niemand.

Fordere niemanden heraus, der nichts zu verlieren hat!

Daag nooit iemand uit die niets te verliezen heeft.

Ich werde für niemanden die zweite Geige spielen.

Ik zal voor niemand de tweede viool spelen.

Er sah sich um, konnte aber niemanden sehen.

Hij keek rond, maar zag niemand.

- Ich mag sie alle nicht.
- Ich liebe niemanden.

Ik hou van niemand.

Ich kann niemanden dazu bringen mir zu helfen.

Ik slaag er niet in hulp te krijgen van iemand.

Es gibt niemanden, der so ist wie du.

Er is niemand zoals jij.

- Ich wollte niemand beleidigen.
- Ich wollte niemanden beleidigen.

Ik wilde niemand beledigen.

Herr Iuchi hat niemanden auf den er zurückgreifen kann.

De heer Iuchi heeft niemand om hem te helpen.

Ich war einsam, da ich niemanden zum Spielen hatte.

Ik was eenzaam aangezien ik niemand had om mee te spelen.

Ein idealer Boss ist wie der Tod: Er vergisst niemanden.

Een ideale baas is als de dood: hij vergeet niemand.

Alle lachen, als ob es niemanden etwas angeht, insbesondere Jarl Erik, der glaubt,

Iedereen lacht als niemands zaak, in het bijzonder Jarl Erik, die denkt dat

- Ich möchte niemandem wehtun.
- Ich will niemandem weh tun.
- Ich will niemanden verletzen.

Ik wil niemand pijn doen.

- Ich finde keinen, der mir hilft.
- Ich kann niemanden dazu bringen mir zu helfen.

Ik slaag er niet in hulp te krijgen van iemand.

- Ich kenne keinen, auf den diese Beschreibung zutrifft.
- Ich kenne niemanden, auf den diese Beschreibung zutrifft.

- Ik ken niemand die aan die beschrijving voldoet.
- Ik ken niemand die met die beschrijving overeenkomt.

Es tut mir leid, aber ich habe strikte Anweisung, niemanden ohne Einladung hereinzulassen. Wenn ihr keine habt, müsst ihr draußen bleiben.

Het spijt me, maar ik heb strikte bevelen om niemand binnen te laten zonder een uitnodiging. Als jullie er geen hebben, moeten jullie buiten blijven.