Examples of using "Erwachsener" in a sentence and their dutch translations:
Tom is geen volwassene.
Later raakte ik daarvan gescheiden.
Een miljard volwassenen zijn analfabeten.
Die jongen spreekt alsof hij een volwassene is.
Die jongen praat alsof hij een volwassene is.
Mijn volwassen zoon studeert nu in het buitenland.
- Tom is volwassen.
- Tom is een volwassene.
Die jongen praat alsof hij een volwassene is.