Examples of using "Bewegen" in a sentence and their dutch translations:
Dus beweeg niet.
Beweeg niet, alstublieft.
Blijf staan!
- Blijf staan!
- Niet bewegen!
- Wacht!
Eekhoorns bewegen snel.
Maar 's avonds verplaatsen ze zich.
Ik kan me niet bewegen.
Slakken bewegen langzaam.
- Niet bewegen.
- Niet bewegen!
...maar we bewegen heel voorzichtig.
Ik kan mijn been niet bewegen.
Ik kan mijn been nu nauwelijks bewegen.
Beweeg niet, alstublieft.
Ze kunnen veel sneller aanvallen dan ik kan bewegen.
En dan twee armen eronder die langzaam bewegen...
Hij kon niet bewegen.
Blijf staan!
Mario is zo ziek dat hij zich nauwelijks nog kan bewegen.
Blijf bewegen.
Tevergeefs trachtten we zijn mening te doen veranderen.
Beweeg je in stilte.
Tom zal niet toegeven.
Daar komt geen beweging in. Ik ben er tevreden mee.
Ik heb vele gelukkige uren gebiologeerd naar bewegende luiaards gekeken.
Je moet van onderaf duwen. Beweeg hem voorzichtig zodat de kluit niet uit elkaar valt.
Je kunt tarantula's in beweging brengen... ...door zachtjes op ze te blazen.
Een hond sprong in de stoel en bleef daar vijf minuten onbeweeglijk zitten.
Verplaats alsjeblieft deze steen van hier naar daar.