Examples of using "Bargeld" in a sentence and their dutch translations:
- Ik heb geen contant geld bij me.
- Ik heb geen cash bij me.
Dit restaurant accepteert alleen contant geld.
Ik koop bijna nooit meer iets met contant geld.
Hoeveel geld heb je?
Op reis gebruik ik nooit contant geld, wel reischeques.