Examples of using "Pause" in a sentence and their dutch translations:
Laten we koffiepauze houden.
Laten we een korte pauze nemen.
Ik heb een pauze nodig.
Ik had een pauze nodig.
Gun ons een pauze!
- Laten wij tien minuten pauze nemen.
- Laten we tien minuten pauzeren.
Laten wij tien minuten pauze nemen.
Laat ons even in de schaduw uitrusten.
Laten we tien minuten pauzeren.
We hadden een pauze nodig.
Neem misschien een pauze.
Ik heb een tijdsaanduiding gezet
Laten wij tien minuten pauze nemen.
Ik heb geen pauze nodig.
Lunchpauze!
- Na een korte pauze ging hij weer verder met zijn werk.
- Hij hervatte zijn werk na een korte pauze.
- Na een korte pauze begon hij opnieuw te werken.
De band is tijdelijk uit elkaar gegaan.
John zei: "Hé jongens, laten we een pauze nemen."
Na een korte pauze begon hij opnieuw te werken.
- Na een korte pauze ging hij weer verder met zijn werk.
- Hij hervatte zijn werk na een korte pauze.
Ik moet even op adem komen.
Waarom nemen we geen korte pauze?
Halverwege namen we een pauze.
- De pauze is van 10 uur 40 tot 11 uur.
- We hebben pauze van 10:40 tot 11:00.
Ik heb tijdens de lunchpauze een tukje gedaan omdat ik erg moe was.