Examples of using "J'en" in a sentence and their dutch translations:
- Ik heb er genoeg van.
- Ik ben er klaar mee.
- Ik weet het zeker.
- Ik ben er zeker van.
Ik ben daar gelukkig mee.
- Ik wil er één!
- Ik wil er eentje!
Ik besef dat.
- Ik wil veel.
- Ik zou veel willen.
- Ik ben klaar.
- Ik heb het gehad.
Daar ben ik blij mee.
- Ik heb er genoeg van.
- Ik ben het zat.
Dat betwijfel ik.
Ook ik wil er een.
Ik heb hier genoeg van.
Ik ben er absoluut zeker van.
Ik ben er bijna zeker van.
Ik heb er een geschilderd.
Ik gaf er een water.
Ik ben er echt fier op.
Ik heb er genoeg van.
- Ik heb er genoeg van.
- Ik heb er genoeg van gehad.
Ook ik wil er een.
Verzamel ik een hoop van deze...
Verzamel ik een hoop van deze...
- Ik heb er genoeg van.
- Ik ben het zat.
- Ik ben het beu.
Ik weet het zeker.
Dat betwijfel ik ten zeerste.
Ik heb genoeg.
Dat betwijfel ik zeer.
Ik ben klaar.
- Ik betwijfel het echt.
- Ik twijfel er echt aan.
Ik heb er een!
Dat beslis ik later.
- Ik kom er net van.
- Ik kom daar net vandaan.
Het brengt me in verlegenheid.
Ik besef dat.
Ik weet te veel.
Ik wil er meer van.
Ik weet het zeker.
Ik heb het onmiddellijk nodig.
Ik heb het onmiddellijk nodig.
Ik geef er geen reet om.
Ik kijk ernaar uit.
Ik besef dat.
Ik ben Kerstmis beu.
Daar komt er een aan.
En dat kan ik bewijzen.
- Ik koop een nieuwe.
- Ik zal een nieuwe kopen.
Ik weet het niet zeker.
Ik heb ervan gehoord.
Ik heb er twee leeggedronken.
Ik wil er nog een.
Ik proefde er eentje.
Ik ben er echt fier op.
Ik weet er genetisch meer over,
Ik heb er geen woorden voor.
Eens kijken, ik heb nog meer.
Ik heb het vandaag nodig.
Ook ik wil er een.
Ik ben er bijna zeker van.
Ik ben daar absoluut zeker van.
Ik heb er nog zin in.
Ik weet er veel van.
Ik wil niet meer liegen.
Het kan me geen barst schelen.
Ik heb er een voor Kerstmis.
Ik heb genoeg van je excuses.
Ik ben er absoluut zeker van.
Het komt nu tot aan mijn middel.
om te zetten naar gekietel.
Dus sprak ik er met enige angst publiekelijk over
Mijn hoofd zit vol.
- Ik ben hem zat.
- Ik heb genoeg van hem.
Ik heb er genoeg van spelletjes te spelen.
Ook ik wil er een.
Ik ben Frans kotsbeu.
Het wachten hangt me de keel uit.
Ik heb er al drie gekocht.
- Dat betwijfel ik toch.
- Op een of andere manier betwijfel ik het.