Examples of using "Picnic" in a sentence and their dutch translations:
Ze vertrokken om te picknicken.
Vandaag is het te koud om te piknikken.
Is het geen prachtige dag voor een picnic?
Tom pakte een broodje uit de picknickmand.
Als het morgen mooi weer is, gaan we picknicken.
Als het weer het toelaat, gaan we morgen picknicken.
Als het morgen regent ga ik niet picknicken.
Door de regen moesten we onze picknick binnen eten.
- Veronderstel dat het morgen regent, gaan we dan nog steeds picknicken?
- Stel dat het morgen regent, zullen we toch maar picknicken?
Als het morgen mooi weer is, gaan we picknicken.
Door de regen moesten we onze picknick binnen eten.
In deze grot heeft een wolf de ultieme picknick gehad.
Hij gaat, net als ik, niet naar de picknick.
Het was zo'n mooie dag, dat we besloten te gaan picknicken.