Examples of using "From" in a sentence and their dutch translations:
Ik kom uit Algerije.
Ik kom uit Engeland.
Ze komt uit Frankrijk.
- Ik kom uit Spanje.
- Ik ben van Spanje.
Ik kom uit China.
Hij komt uit Frankrijk.
Ik kom uit Frankrijk.
Ik kom uit Brazilië.
- Vanwaar?
- Waarvandaan?
Ik kom uit Japan.
Ik kom uit Colombia.
Ik kom uit Australië.
Ik kom uit China.
Ik kom uit Brazilië.
Ik kom uit Frankrijk.
Ik kom uit Spanje.
Waar komt Tom vandaan?
- Ik kom uit Spanje.
- Ik kom van Spanje.
Ik kom uit Turkije.
Ik kom uit Boedapest.
Ik kom uit Tokio.
Ik kom uit Rusland.
Ik kom uit Amerika.
Ik kom uit Noorwegen.
Ze komt uit Frankrijk.
Wij komen uit Duitsland.
Hij komt uit Hangzhou.
Ik kom uit Holland.
Ik kom uit Azië.
Ik kom uit Afrika.
"Waar kom jij vandaan?" "Ik kom uit Parijs."
Zij komt uit Oostenrijk.
Ik kom uit Engeland.
Ik kom uit Afrin.
Uit welk land kom je?
van allerlei mensen van alle leeftijden.
...van buiten en boven, hebben ons willen verdelen...
Ik kom uit Portugal.
Ik kom uit China.
Ik kwam uit China.
Tom komt uit Boston.
De mens stamt af van apen.
Tom komt uit Australië.
Waar schijnt ze vandaan te komen?
Waar kom jij vandaan? - Ik kom uit Frankrijk.
- Waar komt dat vandaan?
- Waar is dat van?
- Uit welk land kom je?
- Uit welk land komt u?
Waar kom je vandaan?
Waar komen jullie vandaan?
Waar kom je vandaan?
- Ik ben niet van hier.
- Ik kom van buiten de stad.
Waar kom je vandaan?
Waar kom je vandaan?
Een ander uit Connecticut
uit rotsen -- ‘litho’