Translation of "Hen" in Spanish

0.010 sec.

Examples of using "Hen" in a sentence and their spanish translations:

- Vraag hen.
- Vraag het aan hen.

- Preguntales.
- Pregúntales.

- Ik zag hen.
- Ik heb hen gezien.

- Los he visto.
- Los vi.

- Sadako glimlachte hen toe.
- Sadako glimlachte naar hen.

Sadako les sonrió.

Ik ken hen.

Los conozco.

Lach met hen.

Ría con ellos.

Kent ge hen?

- ¿Los conoces?
- ¿Les conocéis?

Kennen jullie hen?

¿Les conocéis?

Geef hen geld.

Dales dinero.

- Dat is die van hen.
- Dat is van hen.

- Es suyo.
- Es suya.
- Es de ellos.

- Ik geef om hen beiden.
- Ik geef om hen allebei.

- Los dos me encantan.
- Me encantan ambos.

Sadako glimlachte naar hen.

Sadako les sonrió.

Tom heeft hen verlaten.

- Tom las abandonó.
- Tom los abandonó.

Ik moet hen waarschuwen.

Tengo que avisarles.

Ik hou van hen.

- Me gustan.
- Les quiero.

Kunt ge hen zien?

¿Puedes verlos?

Ik heb hen gezien.

- Los he visto.
- Los vi.

Ik liet hen gaan.

- Yo los dejo ir.
- Yo los dejé ir.

We moeten hen vertrouwen.

Tenemos que confiar en ellos.

Zal je hen helpen?

¿Vas a ayudarles?

Hebben jullie hen gezien?

¿Los habéis visto?

Dit is van hen.

Esto es de ellos.

Zij wou hen helpen.

Ella quería ayudarlos.

Vraag het aan hen.

- Preguntales.
- Pregúntales.
- Pregúntale.

- Laten we het hen gaan vragen.
- Laten we het hen vragen.

Preguntémosles.

- Zij gaf hen een paar appels.
- Zij gaf hen een paar appelen.

Ella les dio algunas manzanas.

- Eén van hen is een spion.
- Eén van hen is een spionne.

Uno de ellos es un espía.

Veel van hen meldden hetzelfde:

Muchos dijeron lo mismo, una cosa extraña:

Zij jaagt voor hen allebei.

Ella caza y, con eso, ambos comen.

De VS moedigde hen aan...

auspiciado por los Estados Unidos

En dat maakte hen gelukkig.

y eso les hizo felices.

Is dat niet van hen?

¿Eso no es de ellos?

Ik ken niemand van hen.

No conozco a ninguno de ellos.

Dat boek is van hen.

Ese libro es de ellos.

Het zal hen niet lukken.

Ellos no tendrán éxito.

We hebben hen niet nodig.

No los necesitamos.

Kent een van jullie hen?

- ¿Alguno de ustedes las conoce?
- ¿Alguna de ustedes los conoce?

We zullen voor hen werken.

- Trabajaremos para ellos.
- Trabajaremos para ellas.

Drie van hen waren Canadees.

Tres de ellos eran canadienses.

Hij is een van hen.

Es uno de aquellos.

Ik verstop me voor hen.

Me estoy escondiendo de ellos.

We hebben ook hen geholpen.

Les ayudamos también.

We vermaakten ons met hen.

Nos divertimos con ellos.

Ik zag hen honkbal spelen.

Les vi jugar al béisbol.

- We gaven hen geld en kleding.
- We voorzagen hen van geld en kleren.

Les dimos dinero y ropa.

- Maar ik kan hen niet goed verstaan.
- Maar ik kan hen niet goed begrijpen.

Pero no los puedo entender muy bien.

Wat hen diep van binnen drijft --

lo que tienen dentro, lo que las motiva,

Dat de maatschappij hen niet wil,

que la sociedad no los quiere,

Maar wat maakt hen zo avontuurlijk?

pero ¿qué los hace tan atrevidos?

Ik vraag hen dichterbij te komen

Y les pido que se acerquen,

Het helpt als iemand hen toont

y sería sumamente útil tener a alguien allí

Zoals Maidan. -Wie steunde hen? Rechts.

Like Maidan. - [en inglés] ¿Quiénes estaban detrás? La derecha.

We konden niets voor hen doen.

- No pudimos hacer nada por ellos.
- No pudimos hacer nada por ellas.

Hij was zeer lief voor hen.

Les fue muy amable.

Ik laat hen mijn auto repareren.

Voy a hacer que me reparen el auto.

- Maak ze wakker.
- Maak hen wakker.

Despertalos.

We zullen paraffine voor hen kopen.

- Compraremos un poco de parafina para ellos.
- Compraremos un poco de parafina para ellas.

Met hen valt niet te leven.

No se puede vivir con ellos.

Hij gaf hen eten en geld.

Les dio comida y dinero.

Deze problemen zijn belangrijk voor hen.

Estos problemas son importantes para ellos.

We gaven hen geld en kleding.

Les dimos dinero y ropa.

Het komt wel goed met hen.

Estarán bien.

Ik had niets met hen gemeen.

Yo no tenía nada en común con ellos.

Ik wil meer over hen weten.

Quiero saber más de ellos.

Deze bomen zijn door hen geplant.

Ellos plantaron estos árboles.

Ieder van hen kreeg een prijs.

Cada uno de ellos recibió un premio.

Eén van hen is een spion.

Uno de ellos es un espía.

Sommigen onder hen zijn mijn vrienden.

Algunos de ellos son mis amigos.

- Denk aan hen.
- Denk aan haar.

Piensa en ellos.

- Geef ze geld.
- Geef hen geld.

Dales dinero.

- Hij heeft lange tijd niet naar hen geschreven.
- Hij heeft hen lange tijd niet geschreven.

Él no les ha escrito por un largo tiempo.

- Ik hou van ze allebei.
- Ik geef om hen beiden.
- Ik geef om hen allebei.

Me gustan ellas dos.

En vervolgens gaven ze hen een Oreo.

y luego les ofrecieron una Óreo.