Translation of "Cadeautjes" in Italian

Ze vieren Kerstmis met cadeautjes.

- Festeggiano il Natale con dei regali.
- Loro festeggiano il Natale con dei regali.

De kinderen wisselden cadeautjes uit op het kerstfeest.

- I bambini si sono scambiati i regali alla festa di Natale.
- I bambini si scambiarono i regali alla festa di Natale.

Mijn zus kreeg meer cadeautjes bij kerst dan ik.

Mia sorella ha ricevuto più regali di Natale di me.

Betekent niet meer automatisch dat ik cadeautjes ga kopen, OK?

questo non significa automaticamente che farò regali a nessuno, ok?

Ik ga cadeautjes kopen wanneer ik daar zin in heb,

Comprerò regali quando mi andrà di comprare regali.

Kijk eens aan. Wat een geweldige cadeautjes! Wat ben ik blij!

Che bello. Che regali stupendi! Come sono contento!

- Hij geeft zijn vrouw zelden cadeautjes.
- Hij geeft zijn vrouw zelden cadeaus.

Raramente lui fa dei regali alla moglie.