Translation of "Kleine" in English

kleine klontjes.

little small clumps.

Kleine meisjes huilen.

Little girls cry.

Jij kleine dief!

You little thief!

Transformeer grote problemen in kleine en kleine in geen een.

Transform big problems into small ones, and small problems into none.

Kijk, de kleine eieren.

Look, the little eggs.

Met mijn kleine baby,

with my little baby

Kleine meisjes zingen vrolijk.

Little girls sing merrily.

Teken een kleine cirkel.

Draw a small circle.

Hij heeft kleine voeten.

He has small feet.

Zij heeft kleine voeten.

- She has small feet.
- She has tiny feet.

Tom heeft kleine handen.

Tom has small hands.

Ik heb kleine handen.

I have small hands.

Mary heeft kleine borsten.

- Mary has small breasts.
- Mary has small boobs.

Ik heb kleine ogen.

I have small eyes.

Hallo mijn kleine kattenvriend!

Hello, my little kitty friend!

Daar is een kleine spar.

Look, there's a little fir tree.

Een opmerkelijke verzameling kleine wezens.

A remarkable array of tiny creatures.

Het is een kleine schorpioen.

Oh look, it's a little scorpion.

En Bjarki betekent 'kleine beer'.

And Bjarki means ‘little bear’.

Ofwel kleine straaltjes geconcentreerde meststof

these tiny jets of concentrated fertilizer,

Kleine kinderen zijn erg nieuwsgierig.

Small children are very curious.

Het is een kleine verkoudheid.

It is a little cold.

Ik mis mijn kleine zus.

I miss my little sister.

Kleine potjes hebben grote oren.

Little pitchers have big ears.

De kleine koelkast is smerig.

The little fridge is dirty.

Ze adopteerden het kleine meisje.

They adopted the little girl.

Mijn kleine teen doet pijn.

My little toe hurts.

Kappertjes lijken op kleine olijven.

Capers are like little olives.

Ik heb een kleine auto.

I have a small car.

Tom is mijn kleine broertje.

Tom is my kid brother.

Grote vissen eten kleine vissen.

Big fish eat small fish.

Tom heeft een kleine neus.

Tom has a small nose.

De kleine bloem is geel.

The small flower is yellow.

Tom is een kleine jongen.

Tom is a small boy.

Kom terug, jij kleine snotaap!

Come back here, you little brat!

Tom heeft een kleine snor.

Tom has a small mustache.

Donald Trump heeft kleine handen.

Donald Trump has small hands.

De kleine bloem is wit.

The little flower is white.

- Een kleine kop koffie kost twee euro.
- Een kleine kop koffie is twee euro.

- A small cup of coffee costs two euros.
- A small cup of coffee costs two euro.
- A small cup of coffee is two euros.
- A small cup of coffee is two euro.
- A small cup of coffee costs €2.
- A small cup of coffee is €2.

Zie je al deze kleine topjes?

See all these little tips of the buds?

Zie je de kleine knopjes erop?

See the little buds on this?

Je kunt die kleine haartjes zien.

Look, you see those tiny little hairs?

Dus onthoud: kleine schorpioenen zijn gevaarlijk.

So remember, scorpions: little, dangerous.

Met die kleine maar kritische observatie

Based on that one small but critical observation,

Zijn kleine lichaam genereert amper warmte.

Its small body generates almost no heat.

Kleine families trekken naar elkaar toe.

Small families draw closer together.

Maar de kleine dingen zijn belangrijk.

But it's the small things that matter.

Dus het zijn dodelijke kleine octopusroofdieren.

So they are deadly little octopus predators.

Kleine kinderen zitten graag overal aan.

Little children like to touch everything.

Veel kleine ondernemingen zijn failliet gegaan.

Many small companies went bankrupt.

Ik at met mijn kleine broer.

I ate with my baby brother.

Bacteriën zijn maar kleine, onschadelijke cellen.

Bacteria are just tiny harmless cells.

Ze zijn perfect voor kleine meisjes!

They are perfect for short girls!

De kleine man draagt een pullover.

The short man wears a sweater.

Ze heeft een kleine zwarte hond.

- She has a small black dog.
- She has a small, black dog.

Het kleine meisje knuffelde haar teddybeertje.

The little girl hugged her teddy bear.

Zij heeft een kleine zwarte hond.

- She has a small black dog.
- She has a small, black dog.

Ik ben maar een kleine jongen.

I'm just a little boy.

Walvissen voeden zich met kleine visjes.

Whales feed on small fish.

Het kleine meisje kan niet fietsen.

The little girl is not capable of riding a bicycle.

De adelaar is geen kleine vogel.

The eagle is not a small bird.

Ik knabbel aan het kleine fruit.

I nibble the small fruit.

De grote vis eet de kleine.

The big fish eats the small ones.