Translation of "سعداء" in Dutch

0.008 sec.

Examples of using "سعداء" in a sentence and their dutch translations:

- إنهم سعداء
- هم سعداء

Zij zijn gelukkig.

- نحن مسرورون.
- إنا سعداء.
- نحن سعداء

We zijn gelukkig.

وجعلتهم سعداء.

en dat maakte hen gelukkig.

الجميع سعداء.

Iedereen is gelukkig.

نحن سعداء

We zijn gelukkig.

يبدون سعداء

Ze zien er gelukkig uit.

أن يجعلوننا سعداء،

of we gelukkig zijn,

هذا ااذي يحدد إذا كنا سعداء أم غير سعداء.

of we ons gelukkig of ellendig voelen.

- إن الذين ينسون كل شيء سعداء.
- الذين ينسون كل شيء سعداء.

Zij die alles vergeten, zijn gelukkig.

ونُريد أن نكون سعداء كل يوم.

en we willen iedere dag gelukkig zijn.

لا نريد أن نكون سعداء فيه.

dat we niet gelukkig willen zijn.

سنجد أنه من المستحيل أن نصبح سعداء.

onmogelijk vinden om gelukkig te zijn.

هكذا نحدد إذا كنا سعداء أم لا.

dat bepaalt of we gelukkig zijn of niet.

ومع ذلك ، ليس الجميع سعداء بهذه الفكرة.

Niet iedereen is echter blij met dit idee.

و أن يكونوا مخطئين إذا لم نكن سعداء،

of zolang we hen de schuld geven van onze ellende,

ولكن سرعان ما اكتشفت أن الجميع ليسوا سعداء بهذا الشأن

maar ik ontdekte snel dat niet iedereen daar blij mee was,