Examples of using "القطار" in a sentence and their dutch translations:
De trein is gearriveerd.
Wanneer komt de trein?
Wanneer komt de trein?
De laatste trein is al weg.
De trein kwam stipt op tijd.
Loop sneller anders mis je de trein.
Haast je, of je haalt de trein niet.
Toen ik het treinstation uitging, zag ik een man.
De trein vertrekt over vijf minuten.
Kunt u me zeggen wanneer de trein vertrekt, alstublieft?
Ik zat twaalf uur op de trein.
- De trein vanuit Genève zal het station binnenkomen.
- De trein vanuit Genève zal het station binnenrijden.
De sneltrein reed zo snel voorbij, dat we hem nauwelijks zagen.
zien dat er geen rails zijn onder de trein