Translation of "Juguetes" in Dutch

0.006 sec.

Examples of using "Juguetes" in a sentence and their dutch translations:

Esa fábrica hace juguetes.

Die fabriek maakt speelgoed.

Los niños juegan con juguetes.

Kinderen spelen met speelgoed.

¡Los animales no son juguetes!

Dieren zijn geen speelgoed!

Todos los juguetes son de madera.

Al het speelgoed is van hout.

No recuerdo haber tenido juguetes cuando chico.

Ik herinner mij niet dat ik speelgoed had toen ik klein was.

En el desván había cajas con todo tipo de juguetes de antaño y trastos que quizá algún día vuelvan a servir.

Op zolder stonden dozen met allerlei speelgoed van vroeger en spullen die misschien ooit nog van pas zouden komen.

Si quieres tener esa pistola de agua debes ahorrar por ti mismo. Yo no puedo seguir comprándote juguetes. El dinero no crece en mi espalda.

Als je dat waterpistool wilt hebben, moet je er zelf maar voor sparen. Ik kan geen speelgoed voor je blijven kopen. Het geld groeit niet op m'n rug.