Examples of using "Juguetes" in a sentence and their dutch translations:
Die fabriek maakt speelgoed.
Kinderen spelen met speelgoed.
Dieren zijn geen speelgoed!
Al het speelgoed is van hout.
Ik herinner mij niet dat ik speelgoed had toen ik klein was.
Op zolder stonden dozen met allerlei speelgoed van vroeger en spullen die misschien ooit nog van pas zouden komen.
Als je dat waterpistool wilt hebben, moet je er zelf maar voor sparen. Ik kan geen speelgoed voor je blijven kopen. Het geld groeit niet op m'n rug.