Examples of using "Impresión" in a sentence and their dutch translations:
Hij maakt een slechte indruk.
Het was niet mijn bedoeling om je die indruk te geven.
Hij maakt een slechte indruk.
Ik kreeg de indruk dat hij dichtbij was.
Wat was je eerste indruk van Londen?
De eerste indruk die je geeft is negatief.
Dat was geen goede eerste indruk.
Ik heb het idee dat ze vandaag zal komen.
Ik heb de indruk dat je me belachelijk maakt.
Ik heb de indruk dat het al de hele dag regent.
Ik heb het gevoel dat ik vannacht goed zal slapen.
Je krijgt maar één kans om een eerste indruk te maken
De sollicitant gaf de afnemer van het sollicitatiegesprek een goede indruk.
- Ik heb de indruk dat iets niet klopt.
- Ik denk dat er iets mis is.
Afdrukken is van extreem hoge kwaliteit en er is ook een scala aan inlijstopties.
"Tom, ik heb het gevoel dat we verschillende talen aan het spreken zijn." "What did you say, Mary?"
Een dichter kan alles overleven, behalve een drukfout.