Examples of using "узнаем" in a sentence and their dutch translations:
We komen er snel achter.
We zullen het niet te weten komen.
We zullen het nooit weten.
We zullen weldra de waarheid weten.
- Nu zullen we het nooit weten.
- Nu zullen we het nooit te weten komen.
Wij moeten weten. Wij zullen weten.
We zullen het nooit weten.
We zullen het niet te weten komen.
Nu zullen we het nooit weten.
We zullen nooit weten of hij te vertrouwen is.
Misschien zullen we het nooit weten.
Wanneer we de nachtwereld verkennen...
- We zullen waarschijnlijk nooit weten wat er met Tom is gebeurd.
- We zullen waarschijnlijk nooit weten wat Tom heeft meegemaakt.
Werkte hij voor de communisten? Ik denk dat we het nooit zullen weten.