Translation of "Agricultores" in Dutch

0.007 sec.

Examples of using "Agricultores" in a sentence and their dutch translations:

- Éramos fazendeiros.
- Éramos agricultores.

Wij waren landbouwers.

Precisamos de mais agricultores.

- We hebben meer boeren nodig.
- We hebben meer agrariërs nodig.

Os pais dele eram agricultores.

Zijn ouders waren landbouwers.

Os agricultores semearam os campos.

De landbouwers zaaiden de velden in.

Muitos agricultores perderam suas fazendas.

Veel boeren verloren hun boerderij.

Ao final do dia, cansados e famintos, os agricultores voltam para casa.

Op het einde van de dag, vermoeid en hongerig, keerden de boeren terug naar huis.