Examples of using "Precisamos" in a sentence and their dutch translations:
We moeten praten.
We moeten ze waarschuwen.
We moeten praten.
We hebben het geld nodig.
Jongens, we moeten praten.
Wij hebben muziek nodig.
Wij hebben water nodig.
We moeten de bloem water geven.
- Wij hebben uw hulp nodig.
- We hebben jouw hulp nodig.
- We hebben jullie hulp nodig.
We hebben hulp nodig hier.
We hebben geld nodig.
Wij moeten Tom helpen.
We hebben dit nodig.
We hebben bewijzen nodig.
We moeten handelen.
Wij moeten onmiddellijk vertrekken.
- We hebben gerechtigheid nodig.
- We hebben rechtvaardigheid nodig.
We hebben experts nodig.
- We hebben regels nodig!
- We hebben nood aan regels!
We hebben meer nodig.
We moeten hard werken.
We hebben een kaart nodig.
- We moeten rustig blijven.
- We moeten de rust bewaren.
We moeten die bus nemen.
Wat moeten we doen?
We hebben een uitdaging nodig.
We hebben die drie dingen nodig.
We moeten snel de stad uit.
We hebben modder nodig. Kom op.
We hebben meer arbeiders nodig.
We moeten rustig blijven.
We moeten vroeg vertrekken.
We hebben frisse lucht nodig.
We moeten de wet volgen.
We moeten de regels in acht nemen.
- We moeten de regels volgen.
- We moeten ons aan de regels houden.
We hebben jullie hulp nodig.
Wij hebben een auto nodig.
We hebben een vrijwilliger nodig.
- We hebben een ambulance nodig.
- We hebben een ziekenwagen nodig.
We hebben luchtsteun nodig!
Ik denk dat we die nodig hebben.
We moeten de bloemen water geven.
Wij moeten naar school gaan.
We hebben nieuwe batterijen nodig.
We hebben uw handtekening nodig.
We hebben je nodig, Tom.
We moeten deze tape vernietigen.
We hebben het geld nodig.
We hebben kapitaal nodig.
- We hebben meer boeren nodig.
- We hebben meer agrariërs nodig.
We moeten het dak versterken.
We moeten dat nu doen.
We hebben de regen nodig.
We hebben meer tijd nodig.
Hebben we een wereldtaal nodig?
Maar we hebben ook water nodig.
We hebben daden nodig, geen woorden.
We hebben hulp nodig hier.
Emet, we hebben meer vlees nodig.
We moeten een oplossing vinden.
We moeten onze kinderen beschermen.
We hebben je weer nodig.
We hebben een held nodig.
We moeten de meeting annuleren.
We hebben een plan nodig.
We moeten hier nu een oplossing voor vinden.
We hebben meer tomaten nodig.
- We hebben je hulp niet nodig.
- We hebben uw hulp niet nodig.
- We hebben jullie hulp niet nodig.
We hebben families waar we voor moeten zorgen.
We zouden hier weg moeten gaan.
- Wij hoeven hier nu niet over te spreken.
- Wij moeten het hier nu niet over hebben.
Wij hebben een onafhankelijk onderzoek nodig.
We moeten je naar een ziekenhuis brengen.
We moeten praten.
We hebben een huis nodig om in te wonen.
Ze hebben niet wat we nodig hebben.
Nu moeten we er eerst achter komen wat er gebeurd is.
We moeten Tom nu daarover vertellen.
We moeten de regels volgen.