Translation of "Stranieri" in Dutch

0.005 sec.

Examples of using "Stranieri" in a sentence and their dutch translations:

- Sono stranieri.
- Loro sono stranieri.
- Sono straniere.
- Loro sono straniere.

Zij zijn buitenlanders.

Gli stranieri mi intrigano.

- Buitenlanders zijn interessant.
- Buitenlanders intrigeren me.
- Buitenlanders maken me nieuwsgierig.
- Buitenlanders maken mij nieuwsgierig.

Tom odia gli stranieri.

- Tom heeft een hekel aan buitenlanders.
- Tom haat buitenlanders.

Marie ha due amici stranieri.

Maria heeft twee buitenlandse vrienden.

Non prendere in giro gli stranieri.

- Spot niet met vreemdelingen.
- Maak geen grapjes over buitenlanders.

Perché avete fermato solo gli stranieri?

Waarom heb je alleen de vreemdelingen gestopt?

Siamo riusciti ad ottenere alcuni francobolli stranieri.

We slaagden erin enkele buitenlandse postzegels te bemachtigen.

È difficile per gli stranieri imparare il giapponese.

Het is moeilijk voor buitenlanders om Japans te leren.

- Ho molti amici all'estero.
- Ho molti amici in paesi stranieri.

Ik heb veel vrienden in het buitenland.

- Gli stranieri sono divertenti.
- La gente straniera è divertente.
- Le persone straniere sono divertenti.

Buitenlanders zijn vermakelijk.