Examples of using "Pohár" in a sentence and their dutch translations:
- Ik zou wel een glas water willen.
- Ik wil graag een glaasje water.
- Ik zou wel een glas water willen.
- Ik wil graag een glaasje water.
- Een glaasje rood, alstublieft.
- Een glas rode wijn, alstublieft.
Het is een storm in een glas water.
Mag ik alstublieft een glas water?
- Ik zou wel een glas water willen.
- Ik wil graag een glaasje water.
een groot glas selderijsap,
- Geef me een tas melk, als je wilt.
- Geef me alsjeblieft een kopje melk.
Breng me een glas bier.
Tom dronk een glas wijn.
Mag ik alstublieft een glas water?
- Wilt u graag een glas witte wijn?
- Wil je graag een glas witte wijn?
Geef me een glas melk.
Dit glas bevat water.
Hij begon zijn maaltijd met het drinken van een half glas bier.
Mag ik alstublieft een glas water?
Drink minstens twee glazen melk per dag.
- Mag ik alstublieft een glas water?
- Een glas water alstublieft!
- Het is een storm in een glas water.
- Het is als een storm in een glas water.
Tom had dorst, dus dronk hij een glas water.
Tom bestelde een glas sinaasappelsap en een kopje koffie.
Nu ben ik er klaar mee!