Examples of using "Láttad" in a sentence and their dutch translations:
Hebt ge hem zien buitengaan?
Heb je het gezien?
Wanneer hebt ge haar ontmoet?
Hebben jullie hen gezien?
Heb jij mijn sleutel gezien?
Heb je gisteren de zonsverduistering gezien?
- Ge hebt hem niet gezien.
- Je hebt hem niet gezien.
Heb je mijn fototoestel gezien?
- Heb je opa's rolstoel gezien?
- Hebben jullie opa's rolstoel gezien?
Welke film heb je gezien?
Heb je dit al eens gezien?
Heb je mijn pluim gezien?
Heb je mijn vader gezien?
- Heb je mijn boek gezien?
- Heeft u mijn boek gezien?
- Hebben jullie mijn boek gezien?
Wanneer heb je mijn broer voor het laatst gezien?
Heb je deze film gezien?
Hebben jullie deze film gezien?
Heb je dit al eens gezien?
Heb je hun nieuwe appartement gezien?
Heb je gisteren de zonsverduistering gezien?
Wanneer zag je Tom voor het laatst?
- Heb je de regenboog vanmorgen gezien?
- Heeft u de regenboog vanmorgen gezien?
- Hebben jullie de regenboog vanmorgen gezien?
Wanneer heb je mijn broer voor het laatst gezien?
Heb je deze film al eens gezien?
Waar heb je Tom gezien?
Heb je mijn hond gezien?
"Heb je mijn mobieltje gezien?" "Hij ligt op tafel."
Dus je hebt haar gisteren niet toevallig gezien?
- Hebt ge de Toren van Tokio al gezien?
- Heb je de Toren van Tokio wel eens gezien?