Examples of using "Elég" in a sentence and their dutch translations:
- Genoeg!
- Genoeg is genoeg!
Genoeg!
Dat is genoeg voor vandaag.
Nu is het genoeg!
Dat is genoeg voor vandaag.
Goed, dat is genoeg.
Dat is genoeg voor vandaag.
Dat is beangstigend.
Eén keer is genoeg.
Het is heel opmerkelijk.
Dat is redelijk normaal.
Dat is genoeg voor vandaag.
Genoeg, bedankt.
Ik denk dat het genoeg is.
Wij hebben genoeg tijd.
- Stop met grapjes maken.
- Hou op met die grapjes.
Ik heb genoeg geld.
We hebben genoeg water.
Genoeg!
Dat is een mondje vol.
- Het is niet genoeg.
- Dat is niet voldoende.
Ik heb er genoeg van.
Is dit genoeg geld?
We hebben genoeg water.
Ik ben gelukkig genoeg.
Het is niet genoeg.
Is dat niet genoeg?
Ik heb genoeg.
- Dat is genoeg.
- Dat volstaat.
Er is niet genoeg woongelegenheid.
Zijn er genoeg stoelen?
Was het niet genoeg?
Dat is goed genoeg.
Ik heb niet genoeg geld.
Wij hebben genoeg tijd.
Hout brandt.
We hebben genoeg dingen om te eten.
Het ziet ernaar uit dat je het vrij druk hebt.
Dat was genoeg.
Maria is vrij pretentieus.
Hij heeft genoeg geld.
Hebben we genoeg melk?
Tom is flink afgevallen.
Deze maaltijd is genoeg voor twee personen.
Met één kom je er niet.
Dat is behoorlijk snel.
Johns rechtvaardiging was vrij eenvoudig:
Onderwerping is niet genoeg.
Hou ermee op!
Duizend yen zal volstaan.
Dat is iets dat vrij vaak gebeurt.
Tom is niet snel genoeg.
De kamer is vrij klein.
Dat was best grappig.
- Eén taal is nooit genoeg.
- Eén taal is nooit voldoende.
Liefde is niet genoeg.
Je bent niet snel genoeg.
Zij krijgt te weinig moedermelk binnen.
Ik was niet competitief genoeg.
Je hebt nog genoeg tijd.
Is tienduizend yen genoeg?
Is de kamer groot genoeg?
Is dit genoeg geld?
Er was niet genoeg brandstof.
Zij heeft een slecht handschrift.
We hebben genoeg fabeltjes over Japan gehoord.
Dat heeft lang genoeg geduurd.
Geen woorden, maar daden.
We hebben genoeg tijd om de trein te halen.
De leefomstandigheden waren bar.
nog niet voldoende verontrustend waren,
Haar hol is ver weg.
Vrij ondiep water.
Je weet tamelijk veel over sumo-worstelen.
Ook dat nog!
Het is warm genoeg om te zwemmen.
Ik heb vandaag niet genoeg tijd om te lunchen.
Zijn er altijd genoeg stoelen voor iedereen?
Eén taal is niet genoeg.
Tom kan vrij goed zingen.
- De hond van Tom kan goed zwemmen.
- Toms hond kan goed zwemmen.
Genoeg voor vandaag.
Genoeg!
Deze kamer is groot genoeg.