Examples of using "Zehen" in a sentence and their dutch translations:
Ik kan mijn tenen niet voelen.
- Beweeg je tenen.
- Beweeg uw tenen.
Pas op je tenen.
Ze bewoog haar tenen.
Hij bewoog zijn tenen.
Tom bewoog zijn tenen.
Een voet heeft vijf tenen.
Ik kan makkelijk mijn tenen aanraken.