Examples of using "Trinken" in a sentence and their dutch translations:
Zij drinken koffie.
- Wat wilt u drinken?
- Wat wil je drinken?
Drink je?
- Wilt u iets drinken?
- Willen jullie iets drinken?
- Wil je iets drinken?
- Wilt u iets drinken?
- Willen jullie iets drinken?
- Wil je iets drinken?
- Wil je wat drinken?
- Wil jij iets drinken?
- Wat wilt u drinken?
- Wat wilt ge drinken?
Je moet water drinken.
Echte mannen drinken thee.
- Willen jullie iets drinken?
- Wil je iets drinken?
- Wil je wat drinken?
- Wil je iets om te drinken?
- Wil je iets te drinken?
Europeanen drinken graag wijn.
- Wat wilt ge drinken?
- Wat wil je drinken?
- Wat wilt ge drinken?
- Wat wil je drinken?
Echte mannen drinken thee.
- Wilt u iets drinken?
- Willen jullie iets drinken?
- Wil je wat drinken?
- Wil je iets om te drinken?
- Wil je iets te drinken?
- Wil je iets drinken?
- Wil je wat drinken?
- Wil je iets om te drinken?
- Wil je iets te drinken?
Wij drinken alles.
Wat drinkt u?
Olifanten drinken water.
We drinken water.
Vogels drinken water.
Drink het op!
Ze drinken melk.
Drinkt u melk?
Laten we drinken.
Zij drinken niet.
Drinkt u koffie?
We drinken thee.
Je moet stoppen met drinken.
Wil je wat drinken?
Wil je wat drinken?
Europeanen drinken graag wijn.
Drink iets met me.
Europeanen drinken graag wijn.
Ik zou graag iets te drinken hebben.
- Wil je iets drinken?
- Wil je wat drinken?
- Wil je iets om te drinken?
- Wil je iets te drinken?
Wil je iets drinken?
- Wil je iets om te drinken?
- Wil je iets te drinken?
Je moet stoppen met drinken.
Ik wil iets kouds om te drinken.
Drink het op!
Ik wil wat water drinken.
Ik wil iets om te drinken.
- Ik zou graag iets drinken.
- Ik zou graag iets te drinken hebben.
Ik wil water drinken.
Mag ik alcohol drinken?
Italianen drinken vaak koffie.
Wat wilt ge drinken?
Hier, drink dit op!
- Wat zou je graag willen drinken?
- Wat wil je drinken?
- Wil je iets om te drinken?
- Wil je iets te drinken?
Willen jullie iets drinken?
Ze drinken nooit bier.
Echte mannen drinken thee.
Echte mannen drinken thee.
Willen jullie iets drinken?
Wil je iets drinken?
- Wil je iets drinken?
- Wil je wat drinken?
- Wil je iets om te drinken?
- Wil je iets te drinken?
Ik zou graag iets drinken.
Wil je wat drinken?
Drinken jouw kinderen melk?
- Wat zijn de mannen aan het drinken?
- Wat drinken de mannen?
Drinkt u graag bier?
Je moet water drinken.
Zij drinken geen alcohol.
Gaan we iets drinken?
Wil je iets drinken?
- Laten we wat gaan drinken.
- Laten we iets drinken.
Ik wil water drinken.
Ik zou graag iets te drinken hebben.
Ik wil nu iets drinken.