Examples of using "Langem" in a sentence and their dutch translations:
- Dat is lang geleden gebeurd.
- Het gebeurde lang geleden.
Ik wist dat al sinds lange tijd.
Ik heb hem al lang niet meer gezien.
Ik heb al lang geen asperges meer gegeten.
- Hij heeft lange tijd niet naar hen geschreven.
- Hij heeft hen lange tijd niet geschreven.
Na heel lang wachten wordt hoop werkelijkheid.
- Dat is lang geleden gebeurd.
- Het gebeurde lang geleden.
- Mijn vriendin uit Boston heeft me al lang niet meer geschreven.
- Mijn vriendin uit Boston heeft al lang opgehouden mij te schrijven.
Omdat ik voor het eerst sinds lange tijd weer heb gesport, ben ik echt helemaal uitgeput.
- Hij heeft lange tijd niet naar hen geschreven.
- Hij heeft hen lange tijd niet geschreven.
Ik heb je lang niet gezien, Bill.
Ik heb hem lang niet gezien.
Hij heeft hen lange tijd niet geschreven.