Translation of "Johnson" in Dutch

0.003 sec.

Examples of using "Johnson" in a sentence and their dutch translations:

Wie lautet der Vorname von Herrn Johnson?

Wat is de voornaam van mijnheer Johnson?

Herr Johnson ist sozusagen ein wandelndes Wörterbuch.

Mr Johnson is als het ware een wandelend woordenboek.

Dr. Johnson ist Professor an der Universität.

Dr. Johnson is professor aan de universiteit.

Das Zimmer von Herrn Johnson war ein großes Zimmer.

- De kamer van mijnheer Johnson was een grote.
- De kamer van de heer Johnson was een grote kamer.

Herr Johnson, der Präsident des Klubs, wird gleich erscheinen.

De heer Johnson, voorzitter van de club, zal spoedig komen.