Examples of using "Prendrais" in a sentence and their dutch translations:
Ik neem de gele.
- Ik zou wel een glas water willen.
- Ik wil graag een glaasje water.
Ik zou graag sinaasappelsap willen hebben.
Je hebt me beloofd dat je voor ze zou zorgen.
- Ik zou wel een glas water willen.
- Ik wil graag een glaasje water.
- Ik wil een glaasje water.
- Ik zou wel een glas water willen.
- Ik wil graag een glaasje water.
- Ik zou graag sinaasappelsap willen hebben.
- Sinaasappelsap alstublieft.
Ik heb zin in een drankje.
- Je hebt me beloofd dat je voor ze zou zorgen.
- Je had me beloofd dat je voor hen zou zorgen.