Examples of using "Prête" in a sentence and their dutch translations:
Klaar!
Klaar?
Ik ben klaar.
Klaar!
Klaar?
Wees voorbereid!
De auto is klaar.
Ik ben bijna klaar.
Je moet er niet opletten.
De auto is klaar.
Let er niet op!
Klaar?
De pizza is klaar.
Nou, ik ben klaar.
Ben je nu klaar?
Zijt ge klaar om te beginnen?
Is het huis klaar?
Let maar niet op mij, alsjeblieft.
Ben je klaar om te vliegen?
Ik ben klaar voor morgen.
Laat maar!
Ik ben klaar!
U bent er klaar voor.
Ik ben bijna klaar.
Ik ben bijna klaar.
Leen mij uw auto alstublieft.
Leen me alsjeblieft je mes.
Deze is klaar voor verwijdering.
Wees voorbereid!
Na het eten was ze klaar om uit te gaan.
Ik ben al klaar.
Goede nacht! Ik hoop dat je morgen klaar zult zijn.
Nou, ik ben klaar.
Ik ben al klaar.
- Wees voorbereid!
- Wees voorbereid.
Nog één uur en de kalkoen is klaar.
Wacht even tot ik klaar ben.
- Het kan me niet schelen wat hij doet.
- Het is mij gelijk wat hij doet.
Hij let nooit op wat ik zeg.
Ben je klaar om te vliegen?
Let niet op haar.
Hij houdt van aandacht.
Je bent nog niet klaar en ik heb geen zin om te wachten.
Ik ben klaar voor morgen.
- Hulp!
- Help me.
- Help mij!
Mijn broer leent me zijn appartement voor een nacht.
Ben je nu klaar?
Ik ben bijna klaar.
Ik ben nog niet klaar.
Niemand kan denken, maar iedereen heeft zijn mening klaar.
Het eten is nog niet klaar.
- Volgende keer ben ik er klaar voor.
- Volgende keer zal ik er klaar voor zijn.
Ben je klaar?
Het zal tussen vijf en tien jaar duren vooraleer de technologie klaar is.
- Ben je klaar voor Kerstmis?
- Bent u klaar voor Kerstmis?
- Zijn jullie klaar voor Kerstmis?
- Ben je klaar voor kerst?
- Bent u klaar voor kerst?
- Zijn jullie klaar voor kerst?
- Ben je klaar?
- Zijn jullie voorbereid?
De oude vrouw leent geld tegen een rentetarief van drie procent.
Let niet op haar.
Deze is klaar voor verwijdering.
Leen me alsjeblieft je mes.
Ik ben al klaar.
Goede nacht! Ik hoop dat je morgen klaar zult zijn.
Laten we gaan als je klaar bent.
- Ben je klaar om te vliegen?
- Zijn jullie klaar om te vliegen?
Ik ben klaar om te vertrekken.
Ik ben nog niet klaar.
Ik ben klaar om dit achter de rug te hebben.
Dit is een gebied dat weinig tot geen aandacht krijgt, dus zullen we proberen het meer aandacht te geven.
Dit is een gebied dat weinig tot geen aandacht krijgt, dus zullen we proberen het meer aandacht te geven.
Ben je klaar?
Het eten is nog niet klaar.
Ik ben bereid alles voor je te doen.
Je bent nog niet klaar en ik heb geen zin om te wachten.
Je bent nog niet klaar en ik heb geen zin om te wachten.
Zijt ge klaar om te beginnen?
Ben je klaar?
- Ik ben bereid alles voor u te doen.
- Ik ben bereid alles voor je te doen.
Wat er ook gebeurt, ik ben voorbereid.
Wacht even tot ik klaar ben.
Ik ben nog niet klaar om dat te doen.