Translation of "Johnson" in Dutch

0.007 sec.

Examples of using "Johnson" in a sentence and their dutch translations:

La chambre de M. Johnson était spacieuse.

- De kamer van mijnheer Johnson was een grote.
- De kamer van mijnheer Johnson was ruim.

Comment M. Johnson se prénomme-t-il?

Wat is de voornaam van mijnheer Johnson?

Le docteur Johnson est professeur à l'université.

Dr. Johnson is professor aan de universiteit.

M. Johnson, le président du club, viendra bientôt.

De heer Johnson, voorzitter van de club, zal spoedig komen.

M. Johnson est, en quelque sorte, un dictionnaire ambulant.

Mr Johnson is als het ware een wandelend woordenboek.

M. Johnson est plus âgé que je ne le pensais.

Meneer Johnson is ouder dan ik dacht.

Nixon avait hérité de la guerre du Vietnam du président Johnson.

Nixon had de Vietnamoorlog van president Johnson geërfd