Examples of using "écureuils" in a sentence and their dutch translations:
Eekhoorns houden van noten.
Eekhoorns leren snel.
Zij houdt van eekhoorns.
Grijze eekhoorns begraven noten, maar rode eekhoorns niet.
Eekhoorntjes eten hazelnoten.
Tom houdt van eekhoorns.
Eekhoorns bewegen snel.
Eekhoorns kunnen heel snel rennen.
De eekhoorntjes sprongen tak op tak af.
Eekhoorntjes zijn heel goede klimmers.
- Tom en Maria vermomden zich als eekhoorns.
- Tom en Maria verkleedden zich als eekhoorns.
Kijk, dat is een teken dat er eekhoorns zijn.
Eekhoorns vinden deze pijnboompitten... ...in de dennenboom.
Maria verzamelt alles wat op de een of andere manier betrekking heeft op eekhoorntjes.
Eekhoorntjes eten zaden en noten, maar ook insecten en paddenstoelen.