Translation of "Pretend" in Dutch

0.008 sec.

Examples of using "Pretend" in a sentence and their dutch translations:

Pretend you're me.

Doe alsof je mij bent.

Pretend you've won.

Doe alsof u gewonnen hebt.

- Let's pretend we are aliens.
- Let's pretend we're aliens.

- Laten we doen alsof we buitenaardse wezens zijn.
- Laten we doen alsof we vreemdelingen zijn.

Let's pretend that we're soldiers.

Laten we doen alsof we soldaten zijn.

Let's pretend we are aliens.

Laten we doen alsof we vreemdelingen zijn.

Now I'm not going to pretend

Ik ga niet doen

We could pretend like this never happened.

We kunnen doen alsof dit nooit gebeurd is.

Tom and Mary pretend to be married.

Tom en Maria doen alsof ze getrouwd zijn.

- I'm not going to pretend I know how to do that.
- I'm not going to pretend that I know how to do that.

Ik ga niet net doen alsof ik weet hoe ik dat moet doen.

Tom likes to pretend that he has a lot of money.

Tom houdt ervan te doen alsof hij veel geld heeft.