Translation of "Kleed" in Portuguese

- Kleed je alsjeblieft aan.
- Kleed u alstublieft aan.

- Por favor, vista-se.
- Vista-se, por favor.
- Se vista, por favor.
- Por favor, vistam-se.
- Vistam-se, por favor.
- Se vistam, por favor.

Kleed je om.

Troque de roupa.

Wat een mooi kleed!

Belo vestido.

Kleed je snel aan.

Vista-se rápido.

- Kleed je om.
- Omkleden.

- Troque de roupa.
- Se troque.

Ik kleed me uit.

Estou me despindo.

- Kleed je aan!
- Aankleden!

- Põe-te fino!
- Põe-te fina!
- Ponha-se fino!
- Ponha-se fina!
- Ponham-se finos!
- Ponham-se finas!

- Ze droeg een lelijk kleed.
- Ze had een lelijk kleed aan.

Ela estava usando um vestido feio.

- Waarom kleed je je uit?
- Waarom kleed u zich uit?
- Waarom kleden jullie je uit?

- Por que você está tirando a roupa?
- Por que você está se despindo?

- Waarom kleed je je aan?
- Waarom kleed u zich aan?
- Waarom kleden jullie je aan?

Por que você está se vestindo?

- Ze droeg een lelijk kleed.
- Ze had een lelijk kleed aan.
- Zij droeg een lelijke jurk.

Ela estava usando um vestido feio.

- Kleed je uit.
- Trek je kleren uit.

- Tire a roupa.
- Tirem a roupa.

Normaal kleed ik me niet zoals nu.

Normalmente não me visto assim.

- Ik zou dit kleed willen passen.
- Ik zou deze jurk willen passen.

- Gostaria de provar este vestido.
- Eu gostaria de provar este vestido.