Translation of "Afgelopen" in Portuguese

0.026 sec.

Examples of using "Afgelopen" in a sentence and their portuguese translations:

Spel afgelopen.

Fim de jogo.

De afgelopen decennia,

durante as últimas décadas,

Het is afgelopen.

Terminou.

Het was afgelopen week.

Foi na semana passada.

Wanneer is het afgelopen?

Quando acabou?

- Afgelopen kerst hebben we champagne gedronken.
- Afgelopen kerst dronken we champagne.
- We hebben afgelopen Kerstmis champagne gedronken.

Nós bebemos champanhe no Natal passado.

- Het spijt me voor de afgelopen nacht.
- Sorry voor de afgelopen nacht.

Sinto muito por ontem à noite.

- Ik was afgelopen week erg bezig.
- Afgelopen week was ik erg bezig.

Eu estava muito ocupado semana passada.

Ze is afgelopen jaar geboren.

Ela nasceu no ano passado.

Tom bezocht afgelopen zomer Australië.

Tom visitou a Austrália no verão passado.

Morgen is de conferentie afgelopen.

A conferência acabará amanhã.

Wat is er afgelopen nacht gebeurd?

O que aconteceu noite passada?

Ze was afgelopen maand in Amerika.

Ela estava na América mês passado.

Wat heb je afgelopen zondag gedaan?

O que você fez domingo passado?

Ze heeft afgelopen maand ontslag genomen.

- Ela se demitiu de seu emprego mês passado.
- Ela se demitiu de seu emprego no mês passado.

Waar ben je afgelopen weekend heengegaan?

Onde você foi no último final de semana?

Het heeft afgelopen jaar veel gesneeuwd.

Nevou muito no ano passado.

Wat heb je afgelopen nacht gedaan?

O que você fez noite passada?

Het heeft afgelopen maand veel geregend.

Choveu muito no mês passado.

Afgelopen lente heb ik Boston bezocht.

- Eu visitei Boston na primavera passada.
- Visitei Boston na primavera passada.
- Eu visitei Boston na última primavera.
- Visitei Boston na última primavera.

En zoals veel mensen de afgelopen jaren,

E assim como muitas pessoas nesses últimos anos,

Waarom kon je afgelopen nacht niet slapen?

Por que não conseguiu dormir na noite passada?

Afgelopen maandag woonden wij een concert bij.

Segunda-feira passada assistimos a um concerto.

Ik heb afgelopen donderdag mijn huis verkocht.

Quinta-feira passada vendi a minha casa.

- Het is allemaal afgelopen.
- Alles is voorbij.

- Está tudo acabado.
- Acabou-se tudo.

Waarom belde je me niet afgelopen nacht?

Por que você não me ligou ontem à noite?

Haar oudere zus is afgelopen maand getrouwd.

A irmã mais velha dela casou-se o mês passado.

Ik had afgelopen nacht een afschuwelijke droom.

Eu tive um sonho horrível na noite passada.

Ik had een nare droom afgelopen nacht.

Ontem à noite eu tive um pesadelo.

Tom en Mary zijn afgelopen voorjaar getrouwd.

Tom e Mary se casaram na primavera passada.

Ik ben afgelopen zomer naar Italië gereisd.

- Viajei para a Itália no verão passado.
- Eu viajei para a Itália no verão passado.

Afgelopen zondag ben ik naar het park gegaan.

- Eu fui para a praça domingo passado.
- Fui ao parque domingo passado.

Ik heb afgelopen nacht een grappige droom gehad.

Eu tive um sonho engraçado noite passada.

De temperatuur was de afgelopen nacht onder nul.

A temperatura ficou abaixo de zero noite passada.

Afgelopen nacht stierf zijn vader in het ziekbed.

Na noite passada seu pai faleceu devido a sua doença.

Ik heb sinds afgelopen nacht een lichte hoofdpijn.

Tenho uma dor de cabeça leve desde a noite passada.

Ik ben afgelopen winter in Canada gaan skiën.

No inverno passado, eu fui esquiar no Canadá.

Ik ben afgelopen zomer elke dag gaan zwemmen.

No verão passado, eu nadei todos os dias.

En ongeveer twintig procent onder ons afgelopen jaar nog.

e 20% da população só no último ano.

Ik kwam Mary tegen op het feest afgelopen week.

Eu encontrei Mary na festa, semana passada.

Hij verbleef de afgelopen vijf dagen in dat hotel.

- Ele está hospedado nesse hotel há cinco dias.
- Ele esteve hospedado no hotel nos últimos cinco dias.

De voorstelling was om tien uur ‘s avonds afgelopen.

A apresentação terminou às dez horas da noite.

Laten we vergeten wat er afgelopen nacht gebeurd is.

Esqueçamos o que aconteceu ontem à noite.

Er was helemaal geen regen de afgelopen drie maanden.

Não choveu nada nos últimos três meses.

Ze heeft afgelopen maand een reis naar Europa gemaakt.

Ela fez uma viagem pela Europa no mês passado.

Afgelopen nacht was er een brand in de wijk.

Na noite passada, houve um incêndio no bairro.

Yumiko is afgelopen juni getrouwd met een jeugdvriend van haar.

Junho passado Yumiko se casou com um amigo de infância.

- Ik verhuisde een maand geleden.
- Ik ben afgelopen maand verhuisd.

Eu me mudei mês passado.

- Hoe is het gegaan?
- Hoe ging het?
- Hoe is het afgelopen?

Como foi?

- Wat hebt ge gisteravond gedaan?
- Wat heb je afgelopen nacht gedaan?

- O que você fez noite passada?
- Que é que você fez ontem à noite?

- De vergadering is geëindigd.
- De vergadering is afgelopen.
- De vergadering is voorbij.

A reunião acabou.

- Vorig jaar was er veel sneeuw.
- Het heeft afgelopen jaar veel gesneeuwd.

Nevou muito no ano passado.

- Er was veel sneeuw vorig jaar.
- Het heeft afgelopen jaar veel gesneeuwd.

- Havia muita neve no ano passado.
- Nevou muito no ano passado.

Gisteren is de wekker niet afgelopen en Kurt is niet wakker geworden.

Ontem o despertador não tocou e Kurt não acordou.

- Ik heb vreemd gedroomd afgelopen nacht.
- Ik had een rare droom vannacht.

- Tive um sonho estranho ontem à noite.
- Na noite passada eu tive um sonho estranho.

- Ik heb vreemd gedroomd afgelopen nacht.
- Ik had een vreemde droom vannacht.

Na noite passada eu tive um sonho estranho.

Tom, met wie ik het appartement deelde, is de afgelopen maand verhuisd.

Tom, com quem eu compartilhava o apartamento, se mudou no mês passado.

- Ik heb vreemd gedroomd afgelopen nacht.
- Ik had gisterenavond een vreemde droom.

- Na noite passada eu tive um sonho estranho.
- Eu tive um sonho estranho noite passada.
- Tive um sonho estranho noite passada.

- Ik heb afgelopen nacht een grappige droom gehad.
- Ik had een leuke droom vannacht.

Eu tive um sonho engraçado noite passada.

Ik heb veel gedronken en kan me niet veel herinneren van wat er afgelopen nacht is gebeurd.

Eu bebi muito e não consigo lembrar muito do que aconteceu na noite passada.

- Hij is vorige week naar de Verenigde Staten gegaan.
- Hij is afgelopen week naar Amerika gegaan.
- Hij is vorige week naar de Verenigde Staten toe gegaan.

Ele foi para os Estados Unidos na semana passada.