Translation of "Brood" in Polish

0.005 sec.

Examples of using "Brood" in a sentence and their polish translations:

- Ik heb brood.
- Ik heb een brood.

Mam chleb.

Ik eet brood.

Jem chleb.

Ik heb brood.

Mam chleb.

Brood en spelen.

Chleba i igrzysk!

Katten eten brood.

Koty jedzą chleb.

- Ik ben brood aan het bakken.
- Ik bak brood.

Piekę chleb.

- Ze proefden het brood.
- Ze hebben het brood geproefd.

Posmakowali chleb.

Hij heeft minder brood.

On ma mniej chleba.

Het brood is vers.

Chleb jest świeży.

De vrouw eet brood.

Kobieta je chleb.

De man eet brood.

Mężczyzna je chleb.

Dit brood is heerlijk.

Ten chleb jest bardzo smaczny.

De kat eet brood.

- Kot je chleb.
- Kot zjada chleb.

We hebben geen brood meer.

Nie mamy więcej chleba.

Mag ik dit brood eten?

Czy mogę zjeść ten chleb?

Wat voor soort brood eet je?

Jaki rodzaj chleba jesz?

Mayuko eet brood voor het ontbijt.

Mayuko je chleb na śniadanie.

Hij verdient zijn brood als schrijver.

Zarabia na życie jako pisarz.

Een mens leeft niet van brood alleen.

Nie samym chlebem żyje człowiek.

Wat heeft u liever: rijst of brood?

Co pan woli: ryż czy pieczywo?

Brood wordt gemaakt van meel, water en gist.

Chleb jest robiony z mąki, wody i drożdży.

Beter brood zonder boter dan taart zonder vrijheid.

Lepszy chleb bez masła niż tort bez wolności.

Een hongerige maag denkt alleen nog aan brood.

Głodny żołądek myśli tylko o chlebie.

Ik hou meer van rijst dan van brood.

- Wolę ryż od chleba.
- Bardziej lubię ryż niż chleb.

Op het banket des levens, is vriendschap het brood en liefde de wijn.

Na bankiecie życia przyjaźń jest chlebem, a miłość winem.