Translation of "Een" in Polish

0.021 sec.

Examples of using "Een" in a sentence and their polish translations:

- Een ogenblikje.
- Een moment!
- Momentje!
- Een minuut.

Minutkę.

Een roos is een bloem, en een duif is een vogel.

Róża jest kwiatem a gołąb jest ptakiem.

Een taal is een dialect met een leger en een vloot.

Język to dialekt z armią i flotą.

Een mix tussen een antiloop... ...en een geit.

Jest połączeniem antylopy... chyba z kozą,

Een vijand van een vijand is een vriend.

Wróg mojego wroga jest moim przyjacielem.

- Een manlijke krokodil vrat een teef.
- Een manlijke krokodil at een teef op.
- Een mannetjeskrokodil vrat een teef op.

Męski krokodyl żarł sukę.

In een een-op-een strijd tegen een mens wint hij zeker.

W walce jeden na jeden człowiek nie ma z nim szans.

- Wacht eventjes.
- Wacht een beetje.
- Wacht een minuut.
- Een moment!
- Een minuut.

Zaczekaj chwilę.

- Een draak is een schepsel van fantasie.
- Een draak is een fantasiedier.

Smok to wytwór fantazji.

een slaapgroep en een slaaptekortgroep.

osoby wyspane oraz pozbawione snu.

Een Goudlokjesmaan rond een Goudlokjesplaneet --

Księżyc i planeta w "strefie Złotowłosej".

Een jongen of een meisje?

To chłopiec czy dziewczynka?

Een leeuw is een dier.

- Lew jest zwierzęciem.
- Lew to zwierzę.

Een dolfijn is een zoogdier.

Delfin jest ssakiem.

Zoals een sleutel in een slot.

Tak jak zamek i klucz.

...een gewone burger en een boer...

do zwykłego obywatela, do pracującego w polu,

Een rockconcert is een goed voorbeeld.

Bardzo dobrym przykładem jest koncert rockowy.

- Bel een ziekenwagen.
- Bel een ambulance.

Wezwij karetkę.

- Een cola, alsjeblieft.
- Een cola, alstublieft.

Poproszę colę.

Een olifant heeft een lange neus.

Słoń ma długi nos.

Een "shiitake" is een soort paddenstoel.

"Shiitake" jest rodzajem grzyba.

- Een hond rent.
- Een hond loopt.

Pies biegnie.

Een oorlog is een verschrikkelijke zaak.

Wojna to straszna rzecz.

- Wat een klootzak!
- Wat een rotzak!

Co za dupek!

Een vos is een wild dier.

Lis jest zwierzęciem dzikim.

- Kijk, een eekhoorn!
- Kijk, een eekhoorn.

Popatrz, wiewiórka!

Een kind heeft een moeder nodig.

Dziecko potrzebuje matki.

Een jaguar.

To jaguar.

Een onderbroek.

Jedna para.

Een rivier.

Rzeka!

Een wolf.

Wilk!

Een tarantula.

Jeden ptasznik.

een derde --

powtarzam, jedna trzecia,

Een stekelvarken.

Jeżozwierz.

Een vrouwtje.

Samica.

Een zangwedstrijd.

Konkurs wokalny.

Een ocelot.

Ocelota.

Een mannetje.

Samiec.

Een briesje.

Wiatr.

Een valstrik.

Pułapka.

Een kustwolf.

Wilk z Kolumbii Brytyjskiej.

Een netpython.

Pyton siatkowy.

Een moment!

Chwileczkę!

Een wonder!

To cud!

Een ogenblikje...

Chwileczkę...

Een ogenblikje.

Jedną chwilę

Dus een gebrek aan slaap veroudert een man met een decennium

Brak snu dodaje zatem panom dziesięć lat

Een hond achtervolgt een kat, en de kat achtervolgt een muis.

Pies goni za kotem, a kot za myszą.

- Hebt u een pen?
- Hebt u een balpen?
- Heb je een pen?
- Heeft u een pen?
- Hebben jullie een pen?

Czy masz długopis?

- Ik heb een week in een ziekenhuis doorgebracht.
- Ik heb een week in een hospitaal doorgebracht.

Spędziłam tydzień w szpitalu.

- Heb je een webstek?
- Heb je een website?
- Heeft u een website?
- Hebben jullie een website?

Masz stronę internetową?

- Tom is een lafaard.
- Tom is een bangerik.
- Tom is een angsthaas.
- Tom is een schijtluis.

Tom jest tchórzem.

Een meedogenloze moordenaar met een vreselijke beet...

To bezwzględny zabójca, którego ugryzienie powoduje agonię.

Een tunnel graven en een sneeuwgrot maken.

Wykopać tunel i zrobić autentyczną jaskinię śnieżną.

Kijk, een voorraad noten van een eekhoorn.

Tak, to zapasy orzechów.

Een tunnel graven en een sneeuwgrot maken.

Wykopać tunel i zrobić autentyczną jaskinię śnieżną.

Dit is een voorbeeld van een kunstwerk

Oto przykład dzieła sztuki,

Dit is een kei van een robot.

To naprawdę wytrzymały robot.

Een goede buit voor een hongerige garnaal.

Łakome kąski dla głodnej krewetki.

Een scheur is genoeg voor een begin.

Na początek wystarczy szczelina.

En dan nog een, en nog een.

a potem kolejne.

Ik heb een kat en een hond.

Mam kota i psa.

Is het een jongen of een meisje?

- To chłopiec czy dziewczynka?
- Czy to jest chłopiec czy dziewczynka?

Waar een wil is, is een weg.

Chcieć to móc.

Een hond rende achter een kat aan.

Pies gonił kota.

Ik heb een hond en een kat.

Mam psa i kota.

Zij kocht een haarborstel en een tandenborstel.

Kupiła szczotkę do włosów i szczoteczkę do zębów.

Ze verhuurt een kamer aan een student.

Ona wynajmuje pokój studentowi.

We hebben een kat en een hond.

Mamy kota i psa.

Een kat rende achter een muis aan.

Kot upolował mysz.

Een mannelijke door een vrouwelijke bediende vervangen?

Czy zastępować urzędnika urzędniczką?

- Hier, een appel.
- Hier is een appel.

Oto jest jabłko.

Is dit een hengst of een merrie?

Czy to ogier czy klacz?

Een beer kan in een boom klimmen.

Niedźwiedź może wejść na drzewo.

Een man maakt keuzes; een slaaf gehoorzaamt.

Pan każe, sługa musi.

Een hond loopt sneller dan een mens.

Pies biega szybciej od człowieka.

Een slapend kind lijkt op een engel.

Śpiące dziecko jest zupełnie jak aniołek.

Een treffend voorbeeld is een autistische jongen,

Uderzającym przykładem jest autystyczny uczeń,

Mary kocht een rok en een blouse.

Mary kupiła nową spódnicę i bluzkę.