Translation of "'ik'" in Japanese

0.029 sec.

Examples of using "'ik'" in a sentence and their japanese translations:

Ik kwam, ik zag, ik overwon.

来た、見た、勝った。

- Ik denk, dus ik ben.
- Ik denk, dus ik besta.

- 我思う、故に我あり。
- われ思う、ゆえにわれあり。
- 我思う、ゆえに我あり。

- Ik ren.
- Ik loop.

- 私は走る。
- 私は走ります。

- Ik ook.
- Ik ook!

私もそうなのです。

- Mag ik?
- Kan ik?

よろしいですか。

Ik wilde dat ik was wat ik was toen ik wilde dat ik was wat ik ben.

今の私のようになりたいって思ってた頃の自分に戻れたらなあ。

- Ik denk dat ik het snap.
- Ik denk dat ik het begrijp.
- Ik geloof dat ik het begrijp.

分かるような気がする。

- Ik kom.
- Ik kom al.
- Ik kom eraan.

いま、行きます。

- Ik geloof dat ik het heb verstaan.
- Ik denk dat ik het snap.
- Ik denk dat ik het begrijp.

分かるような気がする。

- Ik denk dat ik het snap.
- Ik denk dat ik het begrijp.

分かるような気がする。

Ik meen wat ik zeg.

私が言っていることは本気なのだ。

- Ik begreep het.
- Ik begreep.

- 分かりました。
- 了解です。

Ik denk, dus ik ben.

- われ思う、ゆえにわれあり。
- 我思ふ、故に我あり。

"Ik reis graag." "Ik ook."

「私は旅行が好きです」「私も好きです」

- Ik lachte.
- Ik heb gelachen.

私は笑ってしまった。

- Ik kom.
- Ik kom eraan.

- いま行くよ。
- いま、行きます。

- Ik maak bezwaar!
- Ik protesteer!

異議あり!

Ik kom zodra ik kan.

- 出きるだけ早く参ります。
- できるだけ早く来ます。
- できるだけはやく参ります。

- Ik geef les.
- Ik onderwijs.

私は教えています。

- Ik speel tennis.
- Ik tennis.

私はテニスをします。

- Ik betaal.
- Ik zal betalen.

私が払いましょう。

- Ik speelde tennis.
- Ik tenniste.

私はテニスをしました。

- Ik kom.
- Ik kom al.

すぐ参ります。

- Ik heb betaald.
- Ik betaalde.

払いました。

- Ik geeuwde.
- Ik heb gegeeuwd.

あくびをした。

- Ik heb u gevonden.
- Ik vond jou.
- Ik vond u.
- Ik vond jullie.
- Ik heb jullie gevonden.
- Ik heb je gevonden.
- Ik vond je.

僕は君をみつけた。

- Ik ben moe.
- Ik ben slaperig!
- Ik heb slaap!

眠い!

- Ik geloofde je.
- Ik geloofde u.
- Ik geloofde jullie.

私は君を信じました。

- Ik pas.
- Ik sla over.
- Ik doe niet mee.

私は通ります。

- Ik koop tapes.
- Ik koop banden.
- Ik koop cassettes.

私はテープを買います。

- Ik vertrouw je.
- Ik vertrouw u.
- Ik vertrouw jullie.

- 任せるよ。
- 信じているよ。

- Ik ben doodmoe.
- Ik ben doodop.
- Ik ben uitgeput.

- 私はたいへん疲れている。
- 私は、とても疲れている。
- もうヘトヘトです。
- ひどく疲れていてね。
- くたくたに疲れました。
- 大変疲れた。
- とても疲れた。
- 私は大変疲れています。
- 超疲れた!
- もうくたくただよ。
- すっごく疲れた。
- ほんとに眠いよ。
- くたくたに疲れた。
- へとへとに疲れた。

- Ik ben bevooroordeeld.
- Ik ben partijdig.
- Ik ben vooringenomen.

- 私は先入観に縛られている。
- 私は公平ではない。

- Moet ik gaan?
- Moet ik weg?
- Moet ik weggaan?

行かなければなりませんか。

- Ik ren.
- Ik loop.
- Ik ben aan het lopen.

- 私は走る。
- 私は走ります。

- Ik heb niets.
- Ik ben schoon.
- Ik ben clean.

- 私は潔白だ。
- 私は清潔だ。

- Ik ben arts.
- Ik ben geneesheer.
- Ik ben dokter.

私は医師です。

- Ik denk dat ik tendinitis heb.
- Ik denk dat ik een peesontsteking heb.

腱鞘炎ではないかと思うのです。

- Ik ging naar rechts.
- Ik ging rechtsaf.
- Ik draaide rechtsaf.
- Ik ging rechts.

- 私は車のハンドルを右に切った。
- 私は右折した。
- 私は右に曲がった。
- 僕は右に折れた。

- Toen ik wakker werd, was ik verdrietig.
- Ik was verdrietig toen ik opstond.

起きた時私は悲しかった。

- Ik verwachtte problemen.
- Ik voorzag problemen.
- Ik verwachtte moeilijkheden.
- Ik heb problemen voorzien.
- Ik heb moeilijkheden voorzien.

私は面倒なことになると予想した。

- Ik stap op.
- Ik neem ontslag.
- Ik dien mijn ontslag in.
- Ik kap ermee.
- Ik stop ermee.

- 辞職します。
- 私、辞めます。
- やめた。

- Ik zal je helpen.
- Ik zal u helpen.
- Ik help je.
- Ik help u.
- Ik help jullie.
- Ik zal jullie helpen.

- お手伝いしますよ。
- 手伝ってあげるよ。

- Ik heb je gemist.
- Ik heb u gemist.
- Ik heb jullie gemist.
- Ik miste je.
- Ik miste u.
- Ik miste jullie.

さみしかったよ。

- Ik bel je zodra ik thuiskom.
- Ik bel je zo gauw als ik thuiskom.

家に着いたらすぐにあなたに電話します。

- Ik weet het niet.
- Dat weet ik niet.
- Ik weet niet.
- Weet ik niet.

知らない。

- Ik moet u bekennen dat ik snurk ...
- Ik moet jullie toegeven dat ik snurk...

いびきをかくことは認めるよ・・・。

- Ik ging daar omdat ik dat wou.
- Ik ging erheen omdat ik dat wilde.

私は行きたいからそこへ行ったのだ。

- Ik vond dat ik dat moest doen.
- Ik dacht dat ik dat moest doen.

それをしなければと思った。

- Ik ben arts.
- Ik ben dokter.
- Ik ben een dokter.

- 私は医者です。
- 私は医師です。

- Ik ga dood.
- Ik sterf.
- Ik ben aan het sterven.

もう死にそう。

- Ik zal afslanken.
- Ik zal afvallen.
- Ik zal gewicht verliezen.

私は必ず減量するつもりだ。

- Ik heb gevoetbald.
- Ik speelde voetbal.
- Ik heb voetbal gespeeld.

私はフットボールをしました。

- Ik ben de eerste.
- Ik ben eerst.
- Ik sta voorop.

私が一番。

- Ik ben Hongaar.
- Ik ben Hongaarse.
- Ik kom uit Hongarije.

私はハンガリー人です。

- Ik ben heel moe.
- Ik ben doodmoe.
- Ik ben doodop.

眠すぎて死にそう。

- Ik ook.
- Ik ben hetzelfde.
- Ik ben ook zo.
- Insgelijks.

- 僕もだよ。
- 私もそうです。
- 私も。

- Ik weet het niet.
- Ik weet niet.
- Weet ik niet.

- 知らない。
- 分からないよ。
- 知りません。
- 私は知りません。
- 私は知らない。
- 俺は知らないよ。
- 分かりません。
- 分からない。
- わかりません。
- 存じません。

- Ik verloor het bewustzijn.
- Ik viel bewusteloos.
- Ik was bewusteloos.

意識を失いました。

Toen ik dat zag, dacht ik,

それを見た瞬間 感じました

Ik voelde me alsof ik zweefde,

漂っているような感覚がしました

Ik stop. Maar ik stopte niet.

そして「辞めたけど 辞めなかった」

Doordat ik afhaakte, kon ik aanhaken.

自らを切り離すことで 繋がりを見いだしました

Ik denk dat ik het kan.

出来ると思います。

- Ik ben getrouwd.
- Ik ben gehuwd.

私は結婚しています。

Ik wou dat ik kon zwemmen.

泳げたらいいな。

- Ik ben blut.
- Ik ben platzak.

- 文無しなんだ。
- 金欠なんだ。

- Kan ik binnenkomen?
- Mag ik binnenkomen?

入ってもよろしいですか。

Ik denk dat ik ga skiën.

スキーに行こうと思う。

- Ik had honger.
- Ik was hongerig.

空腹を感じた。

Ik wou dat ik het kon.

できればそうしたいけど。

- Ik ben slaperig!
- Ik ben moe!

眠い!

- Ik moet studeren.
- Ik moet leren.

私は勉強しなければなりません。

Ik rookte toen ik jong was.

- 私は若いころ煙草を吸った。
- 私は若い時、煙草を吸っていた。

Ik wou dat ik kon toveren.

私に魔法が使えたら良いのに。

- Ik heb bloedarmoede.
- Ik heb anemie.

- 貧血気味です。
- 貧血なんです。

- Ik ben diabetisch.
- Ik heb suikerziekte.

糖尿病なんです。

- Ik ben Chinees.
- Ik ben Chinese.

私は中国人です。

- Mag ik komen?
- Kan ik komen?

私も行ってもいい?

- Ik kan lopen.
- Ik kan rennen.

私は走ることができる。

- Ik heb buikpijn.
- Ik heb maagpijn.

腹痛があります。

- Ik heb hoogtevrees.
- Ik heb acrofobie.

僕は高い所が苦手だ。

- Ik ben Turkse.
- Ik ben Turk.

私はトルコ人です。

- Ik ben Hongaar.
- Ik ben Hongaarse.

私はハンガリー人です。