Examples of using "Zoen" in a sentence and their hungarian translations:
Ze gaf hem een dikke zoen.
Adott neki egy nagy cuppanósat.
- Je bent me een zoen verschuldigd. - Je bent me een kus verschuldigd. - U bent mij een kus verschuldigd. - U bent mij een zoen verschuldigd. - Jullie zijn mij een kus verschuldigd. - Jullie zijn mij een zoen verschuldigd.
- Tartozol egy csókkal. - Jössz nekem egy puszival!
- Als je mij ijs koopt, dan zal ik je kussen. - Als je mij een ijsje koopt, dan geef ik je een kus. - Als je mij een ijsje betaalt, dan geef ik je een zoen.
Ha veszel nekem egy fagyit, kapsz tőlem egy puszit.