Examples of using "هذه" in a sentence and their dutch translations:
Dit is mijn auto.
Deze boeken zijn van mij.
Dit is mijn rekenmachine.
En deze knutselkit, en de inbeelding van deze stad,
Dit kasteel is mooi.
Die boeken zijn nieuw.
Deze tafel is gereserveerd.
...en vullen het.
...en eet ik ze?
Dat is onze school.
Het zijn meloenen.
Die boeken zijn van mij.
Dit is mijn auto.
Dit is een boom.
- Dit is mijn auto.
- Dat is mijn auto.
Dit is een zin.
Dit zijn onze boeken.
Dit is een grap.
Dat is mijn school.
Dit is mijn zus.
Dit is van ons.
Dit zijn mijn potloden.
- Dit is jouw rekenmachine.
- Dit is uw rekenmachine.
- Dit is jullie rekenmachine.
Dit is zijn rekenmachine.
Dit is haar rekenmachine.
Ik zal u dit fototoestel geven.
Dit is de eerste keer dat deze welpjes vlees proeven.
"Dat is een geweldig idee." Of: "Dat is een waardeloos idee."
Wie is de baas van dit bedrijf?
Deze appel is erg rood.
Dit mes is heel scherp.
Is dit een recente foto?
hier en nu.
...waar de missie voorbij is.
Maar dit is een ramp.
Alles...
Deze missie... ...is voorbij.
Dit is ruig terrein.
Dat is niet slecht.
Zie je dat?
Je kunt ze eten...
Ze zijn allemaal kapot.
Breek hem hier.
Hoor je dat? Kijk, het is water.
Hij zit in dit gat.
Neem dit fruit.
Dit is een goed punt.
Dit zijn enkele van de redenen
Dit is Hala.
Dit is de kans voor de leeuwen.
...is dit een baken.
Dit stuk is helemaal bezet.
Dit zijn blue ghosts.
Want deze strijd...
Zij gaan dit continent vullen...
De wind is sterk.
In de zon.
Het is zulk verwarrend terrein.
Ze zijn allemaal stuk.
Dit was een goede ervaring,
Dat kasteel is mooi.
Dat is een oude truc.
Dit is ook een appel.
Dat is een goed idee!
Deze keer betaal ik.
- Is dit uw familie?
- Is dit jouw familie?
- Het is geen vis.
- Dit is geen vis.
Ik hou van dit liedje.
Is dit Frans?
Van wie zijn die boeken?
- Dit is zijn auto.
- Deze auto is van hem.
- Ik houd van deze foto.
- Ik hou van deze foto.
Dat is een prachtig gedicht.
Dat is een goed plan.
- Ik heb die auto gekocht.
- Ik kocht die auto.
Zie deze sprong?
Dit is geen Frans.
Dit is geen zin.
- Deze bril is mooi.
- Deze brillen zijn mooi.
Deze honden zijn groot.
- Van wie is die auto?
- Wiens auto is dat?
Wiens paraplu is dit?
Dit is een foto van mijn zus.
- Dit is een cadeau voor jou.
- Dit is een geschenk voor u.
- Dit is een cadeau voor u.
Dit is het einde.
- Deze roos is prachtig.
- Deze roos is mooi.
- Dit is een waargebeurd verhaal.
- Dit verhaal is waar.
Wie is dat meisje?
- Deze auto is van mij.
- Deze auto is de mijne.