Examples of using "Bulamıyorum" in a sentence and their dutch translations:
Ik kan Tim niet vinden.
Ik kan mijn horloge niet vinden.
- Ik kan mijn handschoenen niet vinden.
- Ik vind mijn handschoenen niet.
Ik kan mijn paraplu niet vinden.
- Ik kan u niet vinden.
- Ik kan jullie niet vinden.
Ik kan het restaurant niet vinden.
Ik kan mijn handtas niet vinden.
Ik kan de schop niet vinden.
Ik kan het brood niet vinden.
Ik kan het mes niet vinden.
Ik kan Tom niet vinden.
Ik kan mijn linkerschoen niet vinden.
Ik kan mijn andere handschoen niet vinden.
Ik kan hem nergens vinden.
Ik vind de clitoris niet bij mijn vriendin.
Ik kan mijn bril niet vinden.
Ik kan geen goede baan vinden.
Ik heb de tijd niet om het boek te lezen.
Ik ben sprakeloos.
Ik kan Tom niet vinden. Is hij al weg?
- Ik heb al overal gezocht, maar ik kan mijn beurs niet vinden.
- Ik heb overal gezocht, maar ik kan mijn portemonnee niet vinden.
Ik kan geen enkele fout in zijn theorie vinden.
Ik heb overal gezocht, maar ik kan het niet vinden.
Ik kan geen enkele fout in haar theorie vinden.
- Ik heb er geen woorden voor.
- Woorden schieten me tekort.