Examples of using "Bulaşık" in a sentence and their dutch translations:
- De vaatwasser is stuk.
- De vaatwasser is kapot.
Kan je de vaatwasser uitruimen?
Is het je gelukt de vaatwasser aan de praat te krijgen?
Tom heeft een hekel aan afwassen.
- Ik heb een vaatwasser.
- Ik heb een afwasmachine.
- Hij heeft een vaatwasser.
- Hij heeft een afwasmachine.
Wij hebben geen vaatwasser.
Er is iets mis met de vaatwasser.
Ik heb geen vaatwasser.
Zal ik de vaatwasser aanzetten?
- Kun je me helpen met afwassen?
- Kun je me helpen de afwas te doen?
- Tom spoelde de borden af en zette ze in de vaatwasser.
- Tom heeft de borden afgespoeld en in de vaatwasser gezet.