Examples of using "Zoo" in a sentence and their dutch translations:
Ze gingen naar de dierentuin.
- Ik ging gisteren naar de dierentuin.
- Ik ben gisteren naar de dierentuin gegaan.
Ik ging naar de dierentuin.
- Ik zag een nijlpaard in de zoo.
- Ik zag een nijlpaard in de dierentuin.
- Ik heb een nijlpaard gezien in de dierentuin.
Er is een tijger ontsnapt uit de dierentuin.
Het jongetje is in de dierentuin.
Bill nam zijn kleine broer mee naar de dierentuin.
Ik neem mijn zoon mee naar de dierentuin vanmiddag.
De grootste dierentuin van de wereld bevindt zich in Berlijn, Duitsland.
Ik ging naar de dierentuin met mijn zuster.